Gemeenten worstelen met gasloos bouwen
Veel gemeenten zijn niet klaar voor de nieuwe wet VET die vanaf 1 juli gasloze nieuwbouw voorschrijft. Dat blijkt uit een rondgang langs adviesbureaus. Ze vinden dat gemeenten streng moeten zijn voor halsstarrig aan gas vasthoudende bouwers.
Veel gemeenten zijn niet klaar voor de nieuwe wet VET die vanaf 1 juli gasloze nieuwbouw voorschrijft. Dat blijkt uit een rondgang langs adviesbureaus. Ze vinden dat gemeenten streng moeten zijn voor halsstarrig aan gas vasthoudende bouwers.
‘Er is bij gemeenten grote inzet en de diverse alternatieven voor gasloos bouwen zijn ruwweg in beeld. Maar om de impact van de wet VET echt te laten doordringen, is meer tijd nodig ’, stelt market director Wouter van de Wildenberg van Fakton, die veel gemeenten bij de energietransitie begeleidt.
Collega’s van andere adviesbureaus maken melding van een wisselend beeld. Volgens hen heeft ruwweg de helft van de gemeenten onvoldoende geanticipeerd op de verplicht gestelde gasloze nieuwbouw. ‘Sommige gemeenten zijn strijdbaar en willen dit onderwerp graag oppakken. Andere nemen een aarzelender houding in’, zegt themaleider duurzame steden Benno Schepers van CE Delft. ‘Maar er is nu met de wet wel een stok om mee te slaan.’
Adviseur warmtetransitie Ingrid Giebels van Over Morgen komt naast de goede voorbeelden ook projectleiders tegen die op de valreep hun nieuwbouwtargets willen halen door snel een aantal gaswoningen door te drukken. ‘Ook zijn er ontwikkelaars die een telefoontje naar een net begonnen wethouder plegen. Dat het voor de inwoners in zijn gemeente veel makkelijker is om nog even met gas te bouwen.’
Hoewel het kabinetsbesluit tot verplicht gasloze nieuwbouw de bouwwereld eerder dit voorjaar overviel, vinden de adviseurs dat gemeenten weinig clementie met bouwers hoeven te hebben. ‘Bouwbedrijven hadden deze ontwikkeling al minstens een jaar kunnen zien aankomen’, zegt Giebels. Schepers constateert een tweedeling in de bouwwereld. ‘Ruwweg de helft neemt het voortouw in duurzaamheid. De andere helft stribbelt tegen. Grote ontwikkelaars hebben vaak al een afdeling duurzaamheid, maar moeten ook werken met grotere volumes, wat het weer lastiger maakt. Kleine bedrijven hebben minder knowhow, maar kunnen zich wel als duurzame ontwikkelaar profileren.’
Schappelijkst
Van alle drie is Schepers het schappelijkst voor de ontwikkelaars. ‘Bij een al geplande, relatief kleine inbreiding in een stad, waar je de huizen goed isoleert en met vloerverwarming uitrust, hoef je niet al te streng te zijn. Dan kun je als gemeente gas nog wel een keertje toestaan. Daar kun je later vrij eenvoudig alsnog een warmtepomp toevoegen. Maar voor grootschalige nieuwbouw in een weidegebied moet je nu absoluut geen nieuwe gasinfrastructuur meer aanleggen. Ook niet als alle bouwplannen al waren geaccordeerd. In die gevallen moet je als gemeente op je strepen staan.’
Zijn collega’s vinden dat ook bij binnenstedelijke inbreiding geen gas meer moet worden toegepast. Giebels: ‘Help kopers een gasloze woning te realiseren. Anders zitten ze meteen opgescheept met een verouderd huis.' Dat neemt niet weg dat er volgens Van den Wildenberg in het proces naar gasloos voor gemeenten nog talloze technische en financiële obstakels zijn te overwinnen. ‘Ik ben betrokken bij een project van 1.800 nieuwbouwwoningen, waarvan inmiddels 200 zijn opgeleverd’, geeft hij als voorbeeld. ‘Bij de overige 1.600 moet je kiezen wat het beste kan worden ingepast: warmte-koude-opslag, een warmtepomp of een andere energiebron.’
De oplopende bouwkosten kunnen alle partijen (ontwikkelaars, gemeenten en bewoners) oplossen met slimme financial engineering, zegt Van den Wildenberg. ‘Er zijn volop mogelijkheden via verschillende vormen van duurzame fondsen. Alleen weten veel gemeenten die nog niet te vinden.’
Zal de wet VET de achterstand in de woningproductie verder laten oplopen? Niet door de hogere aankoopprijs van de huizen, verwachten de drie. ‘De meerkosten zullen voor de koper echt het verschil niet maken’, aldus Schepers. Wel zou gesteggel tussen gemeente en bouwers volgens hem de oplevering kunnen vertragen. ‘Alleen al voordat je iedereen aan tafel hebt, ben je zo één, twee maanden verder.’
Reacties: 5
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Aangezien dit artikel door veel gemeentemedewerkers zal worden gelezen, is het dan niet raadzaam om deze fondsen te benoemen?