Gemeenten krijgen meer instrumenten voor koopwoningbeleid

Minister Ollongren wil gemeenten meer middelen in handen geven om de eigen woonmarkt te beïnvloeden en starters meer mogelijkheden te geven. Ze verhoogt daarvoor de bovengrens voor sociale koopwoningen naar de NHG-grens van 310.000 euro. Ook wil ze onderzoeken of gemeenten een woonplicht mogen invoeren of andere maatregelen mogen gebruiken om koopwoningen alleen voor starters te reserveren.

Moeite

Starters op de woonmarkt hebben steeds meer moeite om een betaalbare koopwoning te vinden. Dat komt omdat er te weinig wordt gebouwd, maar ook omdat ze in toenemende mate moeten concurreren met particuliere en institutionele beleggers, die door de lage rente steeds vaker investeren in onroerend goed.

Gemeenten kunnen al de bestemming “sociale koop” gebruiken voor nieuwbouw, zodat geëist kan worden dat er betaalbare woningen worden gebouwd. Alleen ligt die grens voor veel gemeenten erg laag, namelijk op maximaal 200.000. In de praktijk wordt er weinig gebruik gemaakt van die bestemmingscategorie. Met een verhoging van die grens naar de NHG-grens (310.000 euro) hoopt Ollongren dat het gebruik ervan aantrekkelijker wordt.

Verdeling

Daarnaast onderzoekt het ministerie of gemeenten meer ruimte moeten krijgen in de verdeling van de koopwoningvoorraad, net zoals ze dat in de huursector kunnen doen. Met name op de Waddeneilanden hebben gemeenten die mogelijkheden al. Ook wordt onderzocht of gemeenten een woonplicht in mogen stellen, die kopers verplicht om zelf in de gekochte woning intrek te nemen.