Financiering bouwprojecten baart Rotterdam zorgen

De gemeente Rotterdam is aantrekkelijk voor projectontwikkelaars, maar door het afbouwen van MAB Development door Rabo Vastgoedgroep worden toekomstige projecten onzeker. Wethouder Hamit Karakus maakt zich hier zorgen over.

Slecht nieuws voor bouwend Nederland
Rabo Vastgoedgroep maakte woensdag bekend dat vanwege de slechte marktomstandigheden geen nieuwe projecten worden gestart in commercieel vastgoed. Afronding van bestaande projecten zal nog 2,5 jaar in beslag nemen, maar daarna is het over. Dat is niet alleen slecht nieuws voor bouwend Nederland, maar ook voor wethouders ruimtelijke ordening in den lande, zoals de Rotterdamse wethouder Hamit Karakus. Hij ziet het aantal ontwikkelaars die projecten in zijn stad kunnen financieren afnemen, terwijl volgens hem de behoefte in zijn stad aan nieuwe gebouwen bij bedrijven en particulieren wel degelijk bestaat.

Lopende projecten worden afgemaakt
Karakus was donderdag zelf niet beschikbaar voor commentaar, maar zijn woordvoerder zegt dat de wethouder zich met name zorgen maakt over toekomstige projecten. Momenteel financiert de Rabobank drie grote projecten in de Maasstad:

- First Rotterdam, naast het centraal station,
- Cool63, op de hoek van de Coolsingel
- De Rotterdam, van architect Rem Koolhaas op de Wilhelminapier

Deze projecten worden sowieso afgemaakt, maar daarna is de toekomst ongewis. ‘Het is heel jammer dat de Rabobank met deze activiteiten stopt, aangezien zij goede kennis hadden van het bouwen in de binnenstad, waarin Rotterdam juist wil investeren. Het staken van de activiteiten betekent verder dat niet alleen bij hen mensen op straat komen te staan, maar hier ook minder mensen aan het werk kunnen. Een project zorgt doorgaans voor een factor 1,8 voor werkgelegenheid in de afgeleide economie.’

Veel potentie, maar onzekerheid over toekomst
Rotterdam heeft zeker de ambitie om te blijven bouwen, vertelt de woordvoerder van Karakus. ‘Als er behoefte is, dan is er ambitie. Rotterdam is een van de weinige steden die heel ruim is opgezet, waardoor veel projecten in de binnenstad mogelijk zijn. Het Central District staat landelijk op nummer 1 als meest populaire plek voor huisvesting.’ Rotterdam bouwt dan ook door, want de gemeente heeft geanticipeerd op de crisis door bouwers en afnemers te zoeken voor projecten, vertelt hij. ‘Maar wat daarna? We zijn wel creatief, maar eens houdt het op. We hebben wel heel veel vertrouwen in de ontwikkeling van Rotterdam, maar binnen 3 á 4 jaar is het klaar met de huidige bouwactiviteiten en daarna lijkt het mager. De zorg hierover leeft dus bij ons.’