Fel referendum over Rotterdamse woonvisie

Met kreten als 'Stop de verpaupering' en 'Bouwen - niet slopen' proberen voor- en tegenstanders van het voorgenomen woonbeleid in de stad de Rotterdammers in hun kamp te trekken.

Slopen of behouden
In het raadgevend stadsreferendum Woonvisie kunnen de 497.540 stemgerechtigden zich komende woensdag (30 november) uitlaten over het woningbeleid in de Maasstad tot het jaar 2030. Vraag is enerzijds of er kwalitatief betere huurwoningen moeten komen en een deel (10.000) van de verpauperde, betaalbare woningvoorraad daarvoor moet worden gesloopt. Anderzijds voeren tegenstanders van die Woonvisie aan dat juist zo veel mogelijk sociale huurwoningen behouden moeten blijven en afbraak uit den boze is.

Aantrekkelijker bouwen
Met flyers, geluidswagens, debatavonden, reclames op de tram en radiospots hebben vooral de tegenstanders de afgelopen weken uitgepakt tegen het plan van wethouder Ronald Schneider (Leefbaar Rotterdam). Die wil de uitstroom van de midden- en hogere inkomens uit de stad stoppen en voor hen meer aantrekkelijkere woningen bouwen. Zo blijft de stad leefbaar en veilig en kan de sociale armoede in de Maasstad worden teruggedrongen, stelt de wethouder.
 

Moderniseren
Schneiders woordvoerder meldt dat vooral de tegenstanders zich roeren en ten onrechte het beeld schetsen dat 20.000 huizen worden afgebroken en dat de sloopkogels al klaar hangen. Die sloopcijfers kloppen volgens hem niet. Een deel van die woningen wordt niet gesloopt maar samengevoegd, vergroot en gemoderniseerd. Bovendien worden er 5000 nieuwe sociale huurwoningen bijgebouwd.

Strategie
Tegenstanders stellen dat ruim 20.000 betaalbare woningen van de markt verdwijnen en dat er nu al een tekort is aan woningen met een maximale huur van 629 euro. De Woonbond, via veel huurdersverenigingen betrokken bij het woonreferendum, is fel tegen de Woonvisie van het stadsbestuur. 'Het is een doelbewuste strategie om mensen de stad uit te jagen, want die kunnen straks de huren niet meer betalen', zegt Erik Maassen namens de Woonbond. Hij ziet eenzelfde ontwikkeling als in steden als Amsterdam en Utrecht, waar de woonkosten stijgen.

Opkomst
De uitslag van het Rotterdamse stadsreferendum is pas geldig wanneer 30 procent van de stemgerechtigde Rotterdammers zijn voor- of tegenstem in een van de 279 stembureaus uitbrengt. Bij het Oekraïne-referendum was de opkomst circa 25 procent. De organisatie van de raadpleging kost circa 1,6 miljoen euro. (ANP)