Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

Dijkversterking 2.0 met deuvels en textiel

Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur & Milieu) geeft op 14 april – de dag van de dijken – het officiële startschot voor de broodnodige versteviging van het in totaal 30 kilometer lange dijkvak, waarvan de helft wordt versterkt.

11 april 2014

Het is maar een deel van het dijktraject dat ermee wordt versterkt, maar de innovatie is er niet minder om. De Lekdijk tussen Hagestein en Opheusden krijgt de wereldprimeur en wordt deels ‘vastgespijkerd’ met zogeheten dijkdeuvels. Het wachten is op de definitieve gunning.

Minister Schultz van Haegen (Infrastructuur & Milieu) geeft op 14 april – de dag van de dijken – het officiële startschot voor de broodnodige versteviging van het in totaal 30 kilometer lange dijkvak, waarvan de helft wordt versterkt. Dat vastprikken van de dijklichamen op de vaste ondergrond gebeurt met dijkdeuvels: stalen buizen van 10 tot 20 meter lang die in een iets uit het lood staande hoek in de grond worden geboord.


Afbeelding

 


Het stuk Lekdijk is het eerste van vele tientallen kilometers rivierdijk die de komende jaren dienen te worden verstevigd. Nieuwe veiligheidsnormen in het kader van de hoogwaterbescherming maken de aanpak nodig. Studies hebben uitgewezen dat veel waterkeringen bij hogere waterstanden niet meer aan de wettelijke eisen voldoen en te laag of te slap zijn, met risico van afschuiven of water doorlaten (piping).

Het streven van de waterschappen is erop gericht bij dijkversterking zo duurzaam mogelijk te werk te gaan. Dat wil zeggen, extra grond waar het kan. Waar er geen ruimte is voor binnendijkse verbreding, bijvoorbeeld door aanwezige bebouwing of een kolk, werd tot nu toe vrijwel altijd gekozen voor het slaan van stalen damwanden. Dat is echter op termijn een dure en weinig duurzame oplossing.

Vele kilo’s prijzig staal die verticaal, met overlast en soms vlak langs het keukenraam de grond in worden getrild, kunnen in de toekomst niet worden uitgebreid of verzwaard. Buitendijks versterken is überhaupt geen optie, omdat zoveel mogelijk ruimte moet worden gegeven aan de rivier. Mede om die reden schreef Rijkswaterstaat in 2002 een prijsvraag uit om met innovatieve ideeën te komen om dijken van binnenuit binnen het huidige profiel te versterken.

Marktpartijen kregen bij de aanbesteding van het traject tussen Hagestein en Opheusden van waterschap Rivierenland de vrije hand om binnen voorwaarden – veilige dijken, minder overlast – met eigen oplossingen te komen. De combinatie GMB/Van Oord presenteerde de dijkdeuvel innovatie als voorkeurstechniek.

Jan van Dijk, woordvoerder van de combinatie GMB/Van Oord, stelt voor alle duidelijkheid dat de dijkdeuvels in proefdijken (‘schaal 1 op 1’) eerst grondig zijn getest. ‘We zijn met de ontwikkeling al ruim tien jaar bezig’, zegt hij. Het concept is afgeleid van de manier waarop men vroeger de dijken in de delta’s van het verre oosten versterkte met bamboestokken en is ontwikkeld door een consortium van GMB, Van Oord en BAM, samen met Fugro, Royal HaskoningDHV en Arcadis.

Knelpunten
Johan Bakker, directeur innovatie en dijken bij Waterschap Rivierenland, voorziet dat het waterschap vaker zal teruggrijpen op de dijkdeuvels. ‘Alleen al langs de Waal moeten we de komende tien jaar zo’n 40 tot 50 kilometer aan dijken versterken. Daar zitten redelijk wat knelpunten tussen waar dijkdeuvels uitkomst kunnen bieden. Ook langs de IJssel staan heel wat kilometers op stapel. In deze fase is het wellicht nog niet veel goedkoper dan het werken met damwanden, maar dat zal het op den duur zeker worden. En als de prijs verder zakt, heb je een techniek waar je overal de macrostabiliteit van de dijk kunt verbeteren en dus veiligheid kunt opschroeven’, verwacht hij. Van Dijk voorziet zeker een verdere doorontwikkeling van de dijkdeuvel. Aan het slimmer maken en het praktisch toepassen van het concept worden nog steeds verbeteringen doorgevoerd.

Het grote voordeel zit ‘m volgens Van Dijk vooral in de mindere overlast die dijkdeuvels veroorzaken. Tijdens de versterking blijft verkeer over de dijken gewoon mogelijk. Misschien nog wel belangrijker is dat de direct omwonenden geen trillingshinder ondervinden en hun huizen als gevolg daarvan geen schade oplopen. En ook voor de landschappelijke inpassing is het beter. Er verandert namelijk niets aan het uiterlijk van de dijk. Het boren van de dijkdeuvels is wat dat betreft een omgevingsvriendelijke techniek. ‘En duurzaam is de methodiek ook. Mocht extra versterking in de toekomst nodig zijn, dan spijkeren we gewoon extra dijkdeuvels bij’, zegt hij. Afhankelijk van de krachten die de stalen pennen moeten kunnen weerstaan, worden ze nu met een tussenruimte van één tot drie meter aangebracht.

Bezwijken
Het duurt volgens Van Dijk overigens nog een jaar voordat de eerste dijkdeuvel daadwerkelijk de Lekdijk in gaat. Een andere innovatie bij de versterking van de Lekdijk is waarschijnlijk eerder te bewonderen. Iets verderop mag een binnenkort te kiezen consortium aan de slag met het aanbrengen van zogeheten geo-textiel. Die hiervoor speciaal ontwikkelde stof moet voorkomen dat bij hoge waterstanden rivierwater onder de dijken doorsijpelt en tot bezwijken van de dijken leidt. Piping en macrostabiliteit zijn de grootste risico’s. Bij Vianen ten slotte wordt een derde nieuwe vorm van binnendijkse versterking aangebracht: dijkvernageling. Daarbij wordt het binnendijkse grondmassief verankerd door middel van zogeheten trekelementen. Het contract daarvoor met Boskalis wordt op 14 april in het bijzijn van minister Schultz getekend.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Jan van der Kolff / oud-plv. hoofd Technische Dienst Hoogheemraadschap van Delfland
Onlangs heb ik via Twitter kennis genomen van dit artikel. Dacht toen meteen aan toepassing van een eenvoudige vorm van dit idee bij mijn werk bij het Hoogheemraadschap van Delfland, ca 20 jaar geleden. Toevallig vond ik vandaag in mijn archief dat dit in oktober 1992 heeft plaatsgevonden. Door het plaatsen van een rij houten heipalen met een lengte van 7 m in de binnenteenlijn van een boezemkade is toen een dreigende afschuiving van die dijk voorkomen. We werden daarbij geadviseerd door het toenmalige Grondmechanica Delft. Ik vermoed dat deze techniek toen al vaker werd toegepast. Helemaal nieuw is de deuvelpaal dus niet.

Met vriendelijke groet, Jan van der Kolff, Delft.
Piet van Noort / Bestuurder DCCM
Ook deze dijkversteviging heeft onzekerheden. Waar en hoe diep lopen de zoute kwelstromen vanuit de Noordzee?



Werken met natuur hoeft echt niet zo duur!
Advertentie