Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

De xxl-distributiecentra rukken op

Megagrote distributiecentra schieten als paddenstoelen uit de grond langs de snelwegen in Brabant, Zuid-Holland, Limburg en Gelderland. De weerstand tegen de ‘verdozing’ van het landschap neemt toe. Maar ze hebben ook voordelen, zoals minder transportbewegingen.

21 februari 2020
640px-Delft---Gall-Gall-distributiecentrum---2008---panoramio.jpg

Megagrote distributiecentra schieten als paddenstoelen uit de grond langs de snelwegen in Brabant, Zuid-Holland, Limburg en Gelderland. De weerstand tegen de ‘verdozing’ van het landschap neemt toe. Maar ze hebben ook voordelen, zoals minder transportbewegingen.

Bleiswijk
Op de kop af twee kilometer. Dat is de afstand die je moet afleggen om rond het nieuwe distributiecentrum van de Duitse online kledingverkoper Zalando in Bleiswijk te lopen. De weg eromheen ligt er al, maar het distributiecentrum is pas volgend jaar klaar. Op het immense terrein van circa 140.000 vierkante meter, wordt nu nog druk gegraven, worden heipalen geslagen en wordt zand aangevoerd. XXL-distributiecentra als deze duiken al jaren steeds vaker op in het Nederlandse landschap.

Internet-economie
De internet-economie, waarbij veel productie in Azië plaatsvindt en via Rotterdam wordt gedistribueerd onder West-Europese consumenten, vraagt om grote distributiecentra. Bedrijven als Zalando, Bol.com, Coolblue en VidaXL verkopen zelf artikelen, maar verzorgen ook de zogenaamde e-fulfilment: het verpakken en distribueren van producten van andere webwinkels. Hoe groter het distributiecentrum, hoe goedkoper een bedrijf kan werken.

Ligging
Door de centrale ligging van Noord- Brabant, Zuid-Holland, Gelderland en Limburg – precies tussen de Rotterdamse haven en de potentiële klanten in Nederland, Duitsland en België – zijn deze provincies interessante vestigingsplaatsen voor de extra grote distributiecentra. En die zijn er in de afgelopen jaren volop gebouwd. In een brede baan die loopt van Breda naar Nijmegen verrezen ze in een tijdsbestek van tien jaar in hoog tempo langs de doorgaande wegen. In 2018 kwam er 3 miljoen vierkante meter aan distributiecentra bij. In 2019 zijn de groeicijfers nog hoger.

Behalve door de gunstige ligging is de groei ook te verklaren uit het beleid van rijk, provincies en gemeenten. In de tijd dat de internetverkoop echt van de grond kwam, brak er net een economische crisis uit. De distributiesector bracht werk in een tijd dat veel banen op de tocht stonden. Vooral in Brabant, waar werk door het verdwijnen van de maakindustrie schaarser werd, werden de distributiecentra met open armen ontvangen. Inmiddels is de distributiesector een van de grootste werkgevers in de provincie.

Doorn in het oog
Maar de enorme constructies in het open landschap zijn steeds meer mensen een doorn in het oog. Architecten, planologen, maar ook burgers en bestuurders maken zich in toenemende mate zorgen over de ‘verdozing’ van het Nederlandse landschap. In de herfst van 2019 verschenen twee kritische rapporten. Zowel het College van Rijksadviseurs (CvR) als het Planbureau voor de Leefomgeving uitten kritiek op de ogenschijnlijk ongebreidelde groei van distributiecentra. De groei van XXL-vastgoed legt niet alleen een te groot beslag op onze schaarse ruimte, ook de verkeersdrukte neemt toe. Winkels verdwijnen uit de binnensteden als gevolg van de toename van online shoppen.
Gemeenten hebben vaak geen antwoord op de plaatjes en pakkende beloftes van de ontwikkelaars van grote distributiecentra. Bij het opleggen van te veel eisen en randvoorwaarden zijn ze bang dat een grote speler een gemeente verder gaat kijken. Ze laten zich afbluffen door slimme bedrijven die overheden tegen elkaar uitspelen. Volgens de rijksadviseurs zouden overheden moeten stoppen met het toestaan van nieuwe distributiecentra in zogenaamde green fields (open weiland). Distributiecentra moeten voortaan worden geclusterd en vooral worden ontwikkeld op al bestaande bedrijven terreinen (brown fields).

Discussie
De twee rapporten brachten de discussie over de verdozing van Nederland op de provinciale en landelijke agenda. Gelderland besloot voortaan alleen op een drietal knooppunten XXL-centra toe te staan, en de Tweede Kamer nam een motie aan die het kabinet oproept om de groei van deze bouwwerken aan banden te leggen. ‘Er wordt nu kritischer naar gekeken,’ zegt Cees-Jan Pen, lector duurzame verstedelijking bij Fontys Hogescholen. ‘Bij veel decentrale overheden zie je ineens een besef dat de ruimte opraakt. Men vraagt zich af of distributiecentra iets toevoegen aan de regio. Die vraag werd in provincies en gemeenten lang niet gesteld.’
Volgens de Brabantse gedeputeerde Erik van Merrienboer (ruimte, PvdA) is zijn provincie inmiddels zeer kritisch op grote internationale ruimtevragers die niets toevoegen aan de Brabantse economie. Maar het ontwikkelen in nieuwe green fields is niet uit te sluiten. De logistieke sector is immers een belangrijke sector in Brabant, waar meer dan 10 procent van de bevolking in werkt.

Slechts een deel van bovenstaand artikel staat online. Lees het volledige artikel in Binnenlands Bestuur nr. 4 van deze week (inlog)

Reacties: 5

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Annemarie / Handhaver
Waarom maken ze die centra niet zo dat ze er verdiepingen op bouwen? Lijkt me een stuk beter.
Manu / Beleidsadviseur
Op zich goede vraag van Annemarie.

Volgens is stapelen lastig door de laad- en losdocks die nodig zijn voor de vrachtwagens die de goederen moeten transporteren. Die moeten nu eenmaal op de begane grond worden gesitueerd.

Er zijn vuistregels voor het benodigde aantal laadperrons in verhouding tot het oppervlak van het distributiecentrum. De aan- en afvoer bij zo'n distributiecentrum is ook lopende-band-werk, dus je kunt niet meerdere verdiepingen aansluiten op dezelfde laadperrons.

De infrastructuur rondom een distributiecentrum moet de verkeersbewegingen ook aankunnen, dus stapelen zou ook om die reden waarschijnlijk niet lukken. Je krijgt dan teveel vervoersbewegingen op hetzelfde stukje weg.

De gestapelde magazijnen kunnen bij mijn weten overigens wel 40 m hoogte bereiken. Maar dat is dan wel 1 'bouwlaag'.
Paul / projectleider
Strook bomen-iepen?, klimplanten etc er tegenaan zou ook al veel uitmaken.



Op de foto voor me zie ik zo een mooie houtwal



Jasper Smit
De dozen op z'n minst vergroenen. Een constructie eisen die sterk genoeg is om zonnepanelen en daktuinen te dragen. Tegen de buitenwanden variaties op de "hangende tuinen van Babylon" (bij deze megalomane dozen wel een toepasselijke term - lijkt me). En boom- en struiksingels eromheen. Zo worden de gebouwen oases voor vogels en beter genietbaar voor buurtbewoner, passant en toerist.

En vergeet natuurlijk niet de plicht tot sloop en herstel van de omgeving aan het einde van de economische gebruikstijd..........
Bart Claessen / landschapsarchitect
Je kunt niet alles oplossen met groene camouflagetactieken. Ook een met groene begroeide doos blokkeert het weidse uitzicht. De opgave begint bij een doorwrochte landschapsvisie waarin alle functionele en visuele aspecten integraal worden gewogen.
Advertentie