ruimte en milieu / Partnerbijdrage

Stikstof daalt neer

Wat zijn de gevolgen voor onze sector en de gezamenlijke woningbouwambities?

27 februari 2023
Neprom

Er ligt tot 23 maart 2023 een wijziging van de Omgevingswet ter consultatie die de wettelijke stikstofdoelstelling versnelt. Conform het regeringsstandpunt en het (tweede) advies van Johan Remkes, moeten de doelstellingen in 2030 worden behaald.  

Er worden twee ijkmomenten ingelast, namelijk in 2025 en 2028. Het is goed dat hiermee een duidelijk tijdspad uitgestippeld wordt, waardoor er mogelijk eerder ruimte ontstaat voor (bouw)activiteiten. De planning loopt hiermee echter nog niet synchroon met de gezamenlijke woningbouwambitie van minister De Jonge en marktpartijen. 

Ingrijpender voor de sector, is de invoering van een vergunningplicht voor stikstofgerelateerde wijzigingen, ten opzichte van de referentiesituatie. Het kan hierbij ook om verbeteringen gaan. Het gaat dus niet alleen om ‘intern salderen’. Het betekent een verzwaring in termen van onderzoeks- en administratieve lasten en een hoger risico op bezwaar- en beroepsprocedures. 

Hoe zit het? 

Vergunningplichtig blijft/wordt: 

  1. het realiseren van een project (volgens de Habitatrichtlijn) dat afzonderlijk of in combinatie met andere plannen of projecten significante gevolgen kan hebben voor een Natura-2000 gebied of 
  1. wijzigingen van een rechtmatige activiteit die depositie van stikstof kan veroorzaken op voor stikstofgevoelige habitats in een Natura-2000 gebied. 

Bij punt 2 wordt een belangrijke uitzondering gemaakt voor wijzigingen die rechtmatig zijn begonnen voor de inwerkingtreding van het wetsartikel.  

In het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal) wordt nog uitgewerkt wat onder het begrip ‘rechtmatig’ wordt verstaan. In de toelichting op het wetsvoorstel wordt op blz. 32 wel alvast een doorkijkje gegeven naar de definitie; voor de meer ingevoerde en geïnteresseerde lezer.  

Reikwijdte voorgestelde vergunningplicht 

Om de nieuwe vergunningplicht onder punt twee niet onnodig ruim te maken,  overweegt de minister twee varianten om het toepassingsbereik te beperken. Die beperking is in de ogen van de NEPROM hard nodig en zal in lagere wetgeving landen. 

De eerste variant is in lijn met het advies van de NEPROM en betreft het opnemen van een ondergrens en het specifiek uitzonderen van bepaalde categorieën activiteiten. Daarbij wordt gedacht aan activiteiten waarbij alleen in de bouw- of aanlegfase stikstofemissie wordt veroorzaakt en (verder) niet vergunningplichtig zijn, volgens de Habitatrichtlijn. De tweede variant sluit aan bij milieubelastende activiteiten en lijkt op het eerste gezicht minder relevant voor de woningbouw. De nadere uitwerking zal afgewacht moeten worden.  

De passende beoordeling 

Daarnaast biedt het wetsvoorstel een haakje om via een Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) meer flexibiliteit aan te brengen in de passende beoordeling. In een AMvB kunnen dan regels uitgewerkt worden over de toepassing van de passende beoordeling en kan er in sommige nog nader te bepalen (uitzonderings)gevallen ook afgeweken worden van de verplichting om een passende beoordeling te maken. 

Hoe nu verder? 

De NEPROM zal tijdig op het voorstel reageren. We merken dat er sinds het vervallen van de bouwvrijstelling steeds meer vragen over dit onderwerp binnenkomen. Om die reden zullen we, kort nadat de Raad van State uitspraak heeft gedaan over de zogenoemde afkapgrens van 25 km, een webinar over stikstof organiseren.  

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.