Advertentie
ruimte en milieu / Nieuws

‘Betrek overheden vroeg bij plannen nieuw kabinet’

Provincies, gemeenten en waterschappen moeten, na de verkiezingen, in een vroeg stadium worden betrokken bij ruimtelijke plannen in een nieuw regeerakkoord. Dat zegt Theo Bovens, voorzitter van het IPO. ‘Decentrale overheden kunnen dan eerder aangeven hoe uitvoerbaar die plannen zijn.’

05 maart 2021
shutterstock-2563511.jpg

Provincies, gemeenten en waterschappen moeten, na de verkiezingen, in een vroeg stadium worden betrokken bij ruimtelijke plannen in een nieuw regeerakkoord. Dat zegt Theo Bovens, voorzitter van het IPO. ‘Decentrale overheden kunnen dan eerder aangeven hoe uitvoerbaar die plannen zijn.’

Pak het herstel van de economie na de coronacrisis aan, samen met de ruimtelijke uitdagingen waar Nederland nu al voor staat, zoals de woningbouwopgave, energietransitie en klimaatbestendigheid. Dat betogen de decentrale overheden in het pamflet ‘Krachtig groen herstel van Nederland’. In een serie van drie interviews vertellen de voorzitters van de Unie van Waterschappen, het IPO en de VNG wat ze verwachten van een nieuw kabinet en welke bijdrage ze zelf kunnen leveren. Vandaag: Theo Bovens, commissaris van de Koning in Limburg en voorzitter van het Interprovinciaal Overleg (IPO).

 

In 2017 deden de decentrale overheden een vergelijkbaar bod aan de regering. Wat is er veranderd?
‘Vier jaar geleden schreven we meer een lobbydocument, een poging om de samenwerking tussen de rijksoverheid en de decentrale overheden te verbeteren en opgaven samen uit te voeren. Ik denk dat die relatie veel beter is geworden, dus dit bod is meer volwassen en realistisch. We willen aangeven wat we kunnen doen, maar ook wat daar tegenover moet staan.’


Financiering?
‘Niet alleen, we hebben elkaar op allerlei niveaus nodig. Maar de randvoorwaarde van solide financiële uitgangspositie moet wel worden genoemd. Uiteindelijk kunnen we allerlei afspraken maken, maar als gemeenten vanwege de kosten in het sociaal domein geen geld meer hebben, krijg je weinig van de grond.’


Speelt dat alleen bij gemeenten?
‘Ook bij provincies. Door de coronacrisis en de kortingen voor elektrisch rijden lopen de inkomsten uit de provinciale opcenten flink terug, en raakt daarmee het principe van een ‘open huishouding’. Maar er moet bijvoorbeeld wel worden geïnvesteerd in de maatregelen die in de regionale energiestrategiën zijn afgesproken, de woningbouwopgave en de invoering van de Omgevingswet. Ja, er moeten goede gesprekken worden gevoerd over het gemeentefonds, maar óók over het provinciefonds.’


Moet er meer regie komen op alle ruimtelijke planvorming? Een minister van VROM?
‘Ik heb geen bezwaar tegen meer regie. Maar een eventueel ministerie van VROM moet dan wel òns gezamenlijk ministerie zijn, waar de overwegingen en keuzes van decentrale overheden dus duidelijk in doorklinken. Als een minister van VROM betekent dat er een “blauwdruk-ministerie” wordt opgetuigd dat ons dwingt om alleen uit te voeren, dan zeg ik nee. We willen meerdere ruimtelijke problemen tegelijk en in samenhang aanpakken: bouw, natuur, klimaat en mobiliteit. Als overheden moeten we dat samen doen, maar die samenwerking begint wel bij het besef dat je dit niet in Den Haag regelt.’


Zoals bij de woningbouw in het Utrechtse Rijnenburg?
‘Dat is een voorbeeld van een plek waar een duidelijke gebiedsopgave ligt om in de eerste plaats een energielandschap te realiseren. Die keuze is door de decentrale overheden gemaakt. Op lange termijn is de verwachting dat op die plek woningbouw zal plaats vinden. Maar teveel eenzijdige bemoeienis vanuit Den Haag werkt alleen nu alleen maar vertraging en wantrouwen in de hand.’


Wat moet er in een nieuw regeerakkoord komen?
‘Bij de vorige kabinetsformatie is er pas over het interbestuurlijk programma onderhandeld toen het regeerakkoord er al lag. Dat moeten we nu niet opnieuw doen. Als decentrale overheden willen we veel eerder aanschuiven, zodat wij kunnen aangeven hoe uitvoerbaar de plannen zijn. Anders wordt de agenda al gemaakt, en de gemeenten, provincies en waterschappen nog even gevraagd of ze het willen uitvoeren. Kijk, als straks wordt afgesproken om rekeningrijden in te voeren, dan moet voor ons als provincies wel duidelijk zijn hoe we dat verlies van inkomsten gaan compenseren.’

 

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Hans Visser / Adviseur omgevingsrecht
Het is toch eigenlijk zot dat de provincie Utrecht de voorkeur geeft aan het opofferen van schaarse ruimte aan een energielandschap in plaats van die ruimte te gebruiken voor broodnodige woningbouw
H. Wiersma / gepens.
@Hans Visser. M.i. kan je dat zo niet stellen. Waar mensen wonen moeten namelijk ook banen zijn en infrastructuur.
H. Wiersma / gepens.
In ieder geval dient het ruimtelijke beleid (m.n. o.a. ook met het oog op wonen) te worden versterkt. Dit kan via een nadrukkelijker regierol van het ministerie BZK/wonen en via een/de inspectie RO.

Overigens is -gelet op de intensiteit van het EU-beleid en de werkdruk in regelmatig terugkerende bijzondere omstandigheden- de aanstelling van één vaste vicepremier meer dan gewenst. De werkzaamheden kunnen lopen via AZ en deze vicepremier heeft verder geen ander ministerie onder de hoede. Een dergelijke aanstelling kan (wellicht) tevens voorkomen dat er op rijksniveau wordt geblunderd. Alleen al de blunders op rijksniveau hebben de belastingbetaler namelijk de laatste 10 jaar miljarden euro's gekost.
Advertentie