Utrecht vóór Parijs in concurrentieindex

Utrecht doet het qua concurrentie net zo goed als Londen en veel beter dan bijvoorbeeld Parijs. Dat blijkt uit de maandag gepresenteerde regional competitiveness index, de driejaarlijkse rapportcijfers over zaken als gezondheid, governance, infrastructuur en innovatie.

Utrecht deelt in de Europese Unie de tweede plek met Londen en beiden staan ze achter koploper Stockholm.

Investeringen

Utrecht heeft al sinds de start van de regional competitiveness index (RCI), een goede positie op de lijst. De Domstad stond in 2010 en 2013 eerste en de laatste twee keer dat de index werd uitgebracht, in 2016 en nu, tweede.  De slechtst presterende Nederlandse regio is Friesland. De provincie eindigt op een 86e plaats in het klassement. Drenthe staat weer iets hoger, op de 66e plaats.

De regional competitiveness index is een groot onafhankelijk onderzoek naar 268 regio’s in Europa naar 74 indicators verdeeld over tal van beleidsterreinen. Voor de Domstad is het wel een belangrijk lijstje. Het wordt gebruikt bij de beleidsvoorbereiding maar ook om regionale investeerders over de streep te trekken voor het hart van Nederland te kiezen, klinkt het in het stadhuis. Utrecht haalde op een maximale score van 100 punten 99.  Amsterdam en de regio Flevoland en Noord-Holland doen het iets minder goed: de regio behaalde 93 punten en behaalde de negende plaats. Ook werd in Brussel vastgesteld dat er een relatie is tussen de mate waarin een regio presteert en inkomensongelijkheid. Hoe beter de prestaties, des te lager de ongelijkheid.

Solidariteit

In Brussel werd er op gewezen dat ook van de minder presterende landen de hoofdsteden het wel vaak goed doen. En die worden vaak gesteund door hun respectievelijke regeringen, terwijl die regeringen die armere regio’s vaak iets minder interessant vinden. Vanuit het oogpunt van solidariteit is Europese steun hard nodig, aldus de vice-president van het Europees Parlement, Klara Dobrev.

Armste regio’s

In het gebouw van de Comité van de Regio’s waar de index werd gepresenteerd, werd de index gebruikt om aandacht te vragen voor de verdeling van de Cohesiefondsen en andere regionale gelden uit Europa. De discussie is momenteel of alle regio’s van die fondsen gebruik moeten kunnen maken, of alleen de allerarmste regio’s. Nederland vindt dat bij een kleinere Unie na de Brexit ook een kleiner budget hoort en kiest voor de allerarmste regio’s. Maar het Europees Parlement, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en het Comité van de Regio’s willen dat alle regio’s van die gelden gebruik moeten kunnen maken.