Strafkorting voor Amstelveen vanwege ozb-waarde

Amstelveen krijgt over de jaren 2017 tot 2019 structureel 2,5 miljoen euro minder euro uit het gemeentefonds vanwege de lage ozb-waarde van huizen in de gemeente. In 2017 was die waarde 45 procent lager dan het landelijk gemiddelde. Dit jaar werd Amstelveen om dezelfde reden al met 1 miljoen euro gekort. ‘Ik vind het een beetje opportunistisch om gemeenten zo te straffen’, zegt wethouder Herbert Raat (Financiën, VVD).
Laag houden
De huizenprijzen stijgen dus kan er meer belasting geïnd worden, is de redenering van het Rijk. De ozb zou dus omhoog kunnen. Maar ook in 2018 houdt Amstelveen die laag, dus wordt het bedrag dat Amstelveen uit het gemeentefonds krijgt verlaagd. Hoeveel dat precies zal zijn zal afhangen van de actuele berekening van de woz-waarde, maar de verwachting is dat Amstelveen 2,5 miljoen euro minder krijgt.
Rekening niet voor huiseigenaren
‘Een huis is geen pinmachine’, zegt Raat. ‘De prijzen kunnen wel stijgen, maar daar merkt de eigenaar niets van als die zijn huis niet verkoopt.’ De gemeente indexeert het bedrag wel zodat het de inflatie compenseert, maar doet daar niets bovenop. ‘In de crisis hebben wij de principiële beslissing genomen om niet aan die ozb-knop te draaien. Wij kijken liever of we aan de kostenkant iets kunnen aanpassen, want we vinden het te makkelijk om de rekening bij huiseigenaren te leggen.’
Het o-woord
De CDA-fractie in Amstelveen kijkt hier anders tegenaan. Hoewel verandering van de ozb voor het CDA pas ter sprake komt zodra ‘belangrijke voorzieningen in Amstelveen in gevaar komen’, is het volgens fractievoorzitter Pier Rienks ‘jammer dat sommige partijen in een kramp schieten zodra je het woord OZB noemt in combinatie met verandering.’ Een aanval op hem tijdens een debat vatte hij samen als: ‘Don’t mention the o-word’.
Reactie op dit bericht
De totale opbrengst van OZB die een gemeente kan realiseren wordt in het kort bepaald door twee factoren: de WOZ-waarden van de onroerende zaken en het tarief van de OZB. Een simpel voorbeeld: stel de totale WOZ-waarde van alle woningen in een gemeente bedraagt € 100.000.000 en de gemeente wil een opbrengt van de OZB-woningen van € 10.000 dan is het tarief van de OZB-woningen 0,01%. Door het 'spelen' met de tarieven kan de gemeente eventuele waardestijging compenseren om een gelijke belastingopbrengst te realiseren. Dus als de waarde met 20% stijgt in het volgende jaar dan daalt het tarief, naar 0,0083.
De WOZ-waarde is echter niet alleen bepalend voor de gemeentelijke belastingheffing maar ook voor de heffing van waterschaps- en rijksbelastingen.
Als de gemeente dus niet marktconform taxeert maar de waarde in plaats van 20% maar met 10% laat stijgen dan kan ze deze "fout' goed maken door de OZB-tarieven minder te laten dalen (naar 0.00909).
Echter, door deze lagere waardering betalen de woningeigenaren in Amstelveen wel minder waterschaps- en rijksbelastingen dan op basis van de stijging van hun onroerende zaken verwacht mocht worden.
@de heer Vreeswijk: alleen het noemen van een stijgingspercentage lijkt mij niet zinvol omdat we niet weten ten opzichte van welk tarief deze stijging is gerealiseerd.
Prima wethouder die Herbert Raat, echt een aanpakker.
Of die te lage opbrengst het gevolg is van een te lage waardering of een te laag tarief is, voor de gemeente, bijzaak. Bij een sterke WOZ daling gaat het tarief omhoog om vervolgens bij een sterke stijging weer omlaag te gaan.
Dat is anders voor de nationale belastingheffing over onroerend goed. Voor de eigen woning bijtelling in de IB is alleen de waarde van belang. Door hard omlaag aan de knop voor de waardering te draaien veroorzaakt Amstelveen een belastingtekort bij de rijksoverheid. Dat zoiets wordt gecompenseerd met een verlaging van de bijdrage uit het gemeentefonds is in dat opzicht een juist correctiemiddel.
Amstelveen krijgt de deksel op de neus.