Advertentie
financiën / Nieuws

‘Gemeenten moeten zich op het ergste voorbereiden’

Gemeenten staan er financieel veel beroerder voor dan het periodiek onderhoudsrapport gemeentefonds (POR) 2010 van het ministerie van Binnenlandse Zaken wil doen geloven. De cijfers van het POR blijken uiterst gedateerd.

04 december 2009

Het op 18 november door staatssecretaris Bijleveld verspreide POR schetst onterecht een beeld dat de gemeenten geen last hebben van de economische crisis. Binnenlands Bestuur berichtte op basis van die rapportage dat de gemeentelijke inkomsten dit jaar fors stijgen. De reeds in september aan de Tweede Kamer aangeboden informatie blijkt echter gebaseerd op een analyse van de vorig jaar november vastgestelde gemeentelijke begrotingen voor 2009.

 

Bij de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) bestaat de vrees dat de foutieve berichtgeving in Binnenlands Bestuur gemeenten op het verkeerde been zet. Bovendien kan het verstorend werken voor de lopende cao-onderhandelingen. Het POR 2010 bevat immers nog nauwelijks effecten van de financiële crisis. Zo staat er dat het gemeentefonds in 2009 17 miljard euro bedraagt ten opzichte van de 15,6 miljard in 2008. Het grootste deel van die stijging van 1,4 miljard euro is het accres. Dat was de stand van de septembercirculaire 2008; de verwachting was toen dat het accres 1,2 miljard euro zou zijn.

 

Accres

 

Na de vaststelling van de gemeentelijke begrotingen in november 2008 veranderde de situatie drastisch. De crisis trof Nederland zo hard dat het kabinet in april met de gemeenten nieuwe afspraken maakte over het accres. Voor 2009 werd een beperkte groei overeengekomen van 866 miljoen euro – plus 600 miljoen euro in verband met herschikking van taken. Afgesproken werd ook de methode dat het gemeentefonds meegroeit met de rijksuitgaven voor 2009, 2010 en 2011 buiten werking te stellen. Dat houdt onder meer in dat de rijkssteun aan in nood verkerende banken geen effect hebben op het gemeentefonds.

 

In 2009 is er dus weliswaar nog steeds sprake van een forse groei aan inkomsten van het Rijk. De eigen inkomsten uit bouwgrondexploitatie, rente en dividend zullen echter veel lager uitvallen dan een jaar geleden geraamd. Bovendien zijn gemeenten door de toegenomen werkloosheid meer kwijt aan bijstandsuitkeringen dan geraamd. Een overzicht over hoeveel lager die inkomsten – en uitgaven – uitpakken, is er nog niet. Het wachten is op de jaarrekeningen 2009.

 

Donderbui

 

‘Hoe het loopt in 2009 is niet zo interessant’, zegt financieel specialist Gijs Oskam van de VNG. ‘Het gaat om wat er daarna gebeurt.’ Zo is er voor 2010 een accres afgesproken van een half procent. ‘Mijn indruk is dat gemeenten het komend jaar nog wel rond krijgen. Maar daarna worden de vooruitzichten echt somber. Er komt een geweldige donderbui op gemeenten af. Maar waar, wanneer en met welke intensiteit die valt, weten we niet’, zegt hij.

 

De septembercirculaire 2009 gaf een nullijn aan voor de langere termijn, maar ‘misschien is dat wel veel te optimistisch’, zegt hij. Volgens Oskam doen bij Binnenlandse Zaken worstcasescenario’s de ronde die uitgaan van dalingen met 20 procent. ‘Wij bevelen gemeenten aan om zich op het ergste voor te bereiden. En dan maar hopen dat het nog enigszins meevalt’, zegt Oskam.

 

Urgentie

 

Staatssecretaris Bijleveld van Binnenlandse Zaken stelde onlangs in de Kamer dat zij bij veel gemeenten onvoldoende ‘gevoel van urgentie’ over de ernst van de crisis bespeurde. Gemeenten moeten er volgens haar meer van doordrongen raken dat er financieel magere jaren aankomen. Met het oog op de aanstaande gemeenteraadsverkiezingen en het maken van nieuwe collegeprogramma’s zouden gemeenten daar nu al rekening mee moeten houden. Zo zullen er volgens haar amper meer mogelijkheden zijn om ‘leuke dingen voor mensen’ te doen.

 

Ene gemeente gevoeliger voor rijksbezuinigingen dan andere

 

Dat stelt Maarten Allers, directeur van het Centrum voor onderzoek van de economie van de lagere overheden (Coelo), in het Tijdschrift voor Openbare Financiën. Als het kabinet daadwerkelijk 35 miljard euro gaat bezuinigen, leidt dat logischerwijs tot een greep van 3 miljard euro in het gemeentefonds. Voor gemeenten betekent dat gemiddeld een daling van de algemene middelen van iets minder dan één tiende.

 

Voor afzonderlijke gemeenten ziet het er volgens Allers echter heel anders uit. Het aandeel van het gemeentefonds in de totale inkomsten is in de ene gemeente immers veel hoger dan in de andere. Hoe groter het belang van het gemeentefonds, hoe gevoeliger de gemeente is voor bezuinigingen bij de rijksoverheid.

 

‘Dat is goed nieuws voor Lansingerland en Blaricum, waar dit aandeel 13 procent bedraagt, maar slecht nieuws voor Rozendaal, waar het gemeentefonds op dit moment nog goed is voor 64 procent van alle inkomsten’, zegt Allers. ‘Bij een bezuiniging die het gemeentefonds met 10 procent laat krimpen, verliest Lansingerland ruim 1 procent van zijn inkomsten, Rozendaal 6 en de gemeenten in het midden van de verdeling ongeveer 4 procent.’ Kleine gemeenten blijken gemiddeld genomen het meest de klos.

 

Andere factoren die de mate van gevoeligheid voor rijksbezuinigingen bepalen, vormen de ongelijke verdeling van de inkomsten uit vermogen en het aandeel van de onroerendezaakbelasting (ozb) in de totale inkomsten. ‘Het ozb-aandeel varieert van 2,5 procent in Amsterdam tot 16,3 procent in Wassenaar. Om een bezuiniging van 1 procent op zijn begroting te compenseren, zou Amsterdam de ozb dus met 40 procent moeten verhogen, Wassenaar met 6 procent’, zegt hij. ‘Het eerste is moeilijk denkbaar, het tweede wel.’

 

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Dick van Vliet / wethouder Financiën Lansingerland
Was het maar waar dat de financiële effecten voor Lansingerland beperkt blijven als het kabinet besluit tot een fikse greep in het gemeentefonds. Deze uitspraak die BB citeert uit een artikel van Maarten Allers, directeur van het Coelo, valt in de categorie halve waarheden. Het aandeel van het gemeentefonds in de totale inkomsten zou met 13 procent voor Lansingerland relatief gering zijn.

De werkelijkheid is anders. Het percentage op zich is te herleiden uit de begroting 2009, maar een heel groot deel van de begrote inkomsten 2009 betreft grondopbrengsten: de Vinex-taakstelling in de stadsregio Rotterdam betekent voor onze gemeente een nog te realiseren bouw van zesduizend woningen. Het mag genoegzaam bekend zijn dat de afzet van grote bouwkavels in 2009 niet conform begroting is verlopen. Doordat de uitgifte van grond vertraagt, worden wij geconfronteerd met tekorten in de grondexploitaties.

Alleen al in 2009 hebben we 27,5 miljoen euro verlies moeten nemen en voor 2010 zal dit beeld niet veel rooskleuriger zijn. De rentetikker loopt ongenadig door en onze reservepositie daalt navenant. Zonder rekening te houden met grondopbrengsten ligt het aandeel van het gemeentefonds op een gebruikelijk niveau van rond de 35 procent van de inkomsten. De situatie ligt dus toch even anders dan geschetst: eventuele rijksbezuinigingen treffen Lansingerland net zo hard als iedere andere gemeente. Wat afwijkend is is dat wij hier bovenop incidentele tekorten op de grondexploitaties moeten zien op te lossen.

En oh ja, de gemeenschapsvoorzieningen die in de afgelopen periode zijn gerealiseerd worden in onze meerjarenbegroting mee gedekt uit de stijging van het gemeentefonds (door de groei van het aantal woningen)…
Nancy Stada / adviseur P&O
Staat iemand erbij stil dat er weliswaar in geld bezuinigd wordt maar dat de betreffende gemeente (lees: ambtenaar) met kunst en vliegwerk nog heel veel taken moet blijven uitvoeren met een geminimaliseerd budget. De externe krachten verdwijnen, de werkdruk neemt nog meer toe, omdat ingezette projecten wel afgemaakt moeten worden (anders is het helemaal zonde van het geld en de energie) en dat daarnaast gemeenten wel elke keer meer taken moeten gaan uitvoeren met een budget wat niet toereikend is? Dit komt de motivatie van medewerkers niet ten goede en zou wel eens kunnen leiden tot meer ziekteverzuim (terwijl we de afgelopen jaren zoveel moeite hebben gedaan om het ziekteverzuim omlaag te krijgen) en meer juridische procedures wegens onvrede en niet meer mee kunnen qua functioneren.
Piet Beemster / adviseur bodem
Essentieel voor economische groei is een structurele salarisverhoging bij de afsluiting van CAO's. Dit is de gedachte van de econoom Keynes. Het gaat ook om herstel van vertrouwen en solidariteit. Want waarom zouden Rijksambtenaren voor de muziek uit recht hebben op een betere CAO dan decentrale ambtenaren. Herstel van vertrouwen en bestedingen. Want herstellende groei moet je niet in de keim smoren.
Voorts heeft decentralisatie van rijkstaken voor half geld ook invloed op het gemeentefonds die zou moeten worden gecompenseerd. In ben het er mee eens dat de druk op lokale werknemers te hoog gaat worden. Deze werknemers zijn van groot belang want ze genereren de markt in de economie. Ik zou van meer visie verwachten en creativiteit. Of is het toch zo dat eigen verantwoordelijkheid gaat betekenen dat we decentraal gewoon lekker zelf moeten gaan uitzoeken hoe we de problemen oplossen. Dat is niet te hopen van dan verstikt de economie van onder af.
Advertentie