Advertentie
financiën / Nieuws

Binnen jaar moeten rekenkamers onafhankelijk zijn

Dat blijkt uit een nota van minister Knops van Binnenlandse Zaken (BZK) naar aanleiding van het wetsvoorstel tot versterking decentrale rekenkamers.

25 maart 2020
rekenen.jpg

Gemeenten krijgen een jaar de tijd om hun rekenkamercommissies om te vormen tot onafhankelijke rekenkamers. Anders dan in rekenkamercommissies mogen raadsleden daarin geen zitting hebben. Ruim 110 gemeenten zullen flink aan de bak moeten.

Dat blijkt uit een nota van minister Knops van Binnenlandse Zaken (BZK) naar aanleiding van het wetsvoorstel tot versterking decentrale rekenkamers.

Spanningen
De kern van het wetsvoorstel versterking decentrale rekenkamers is dat straks in elke gemeente een onafhankelijke rekenkamer wordt ingericht ‘met inachtneming van alle waarborgen die daarbij horen.’ De regering vindt het volgens Knops zeer belangrijk dat de rekenkamer institutioneel wordt versterkt en de onafhankelijkheid vergroot, ‘opdat de rekenkamer als instituut bij spanningen binnen het bestuur niet wordt afgewezen, afgeschaft of gemarginaliseerd, maar juist wordt ingezet.’

Voldoende budget
De regering kiest voor een overgangstermijn van een jaar bij het omzetten van een rekenkamerfunctie naar een rekenkamer of het aansluiten bij een gemeenschappelijke rekenkamer. De regering realiseert zich dat de implementatie van deze wet vooral voor gemeenten die nu een rekenkamerfunctie hebben die niet goed functioneert niet eenvoudig zal zijn en de regering wil gemeenten voldoende tijd geven om – ‘waar nodig met ondersteuning door het ministerie van BZK’ – een duurzame rekenkamer op te zetten, te bemensen en van voldoende budget te voorzien.

‘Mijn inschatting is dat een overgangstermijn van één jaar voldoende is’, aldus Knops. ‘Nota bene vangt deze overgangstermijn aan op het moment van inwerkingtreding van de wet. De publicatie van de wet zal conform de Code Interbestuurlijke Verhoudingen eerder plaatsvinden. Ook deze tijd kan gebruikt worden de nodige voorbereidingen te treffen.’

Impact groot
De constatering van sommige Tweede Kamerleden dat door het wetsvoorstel 305 gemeenten een wijziging in de structuur moeten aanbrengen, behoeft  volgens Knops nuancering. ‘De impact van dit wetsvoorstel zal niet in alle gemeenten even groot zijn en voor sommige gemeenten zal de inrichting of samenstelling van de rekenkamer door het wetsvoorstel helemaal niet veranderen’, stelt hij. Uit – inmiddels vijf jaar oud onderzoek! – blijkt dat 14 procent van de gemeenten al een onafhankelijke rekenkamer heeft. Die gemeenten hoeven volgens de minister niks te doen.

Iets anders ligt dat voor 43 procent van de gemeenten die werken met een rekenkamerfunctie zonder raadsleden, maar voor die gemeenten geldt volgens de CDA-bewindsman dat de wijzigingen niet heel groot zullen zijn. In een op de drie gemeenten zitten één of meer raadsleden dan wel louter raadsleden in de rekenkamercommissie. In die gemeenten zal de impact van de voorgestelde wijzigingen het grootst zijn.

Nieuw onderzoek
Het kabinet wil een speciale projectgroep instellen die gemeenten helpt met de omvorming van de rekenkamercommissies in onafhankelijke rekenkamers. Om in beeld te krijgen in welke gemeenten ondersteuning door die projectgroep lokale rekenkamers mogelijk of gewenst is, zal dit jaar een nieuw onderzoek worden gestart naar de staat van rekenkamer(functies) in alle gemeenten.

Reacties: 1

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

E.Doeve / jurid. beleid. medew ro
Geen lelijk woord over het huidige functioneren van het kabinet in deze C-tijd. Eerlijk is eerlijk.

Maar als ik in bovenstaande lees : "....en van voldoende budget te voorzien.", moet ik weer terugdenken aan zaken die eerder zijn geregeld met "bijbehorende" budgetten.....
Advertentie