financiën / Partnerbijdrage

Btw-vrijstelling gedecentraliseerde zorg wordt verduidelijkt

Btw-vrijstelling gedecentraliseerde zorg wordt verduidelijkt. De bepalingen van de btw-vrijstellingen blijken niet alle facetten van de zorgpraktijk te omvatten

13 oktober 2016

Sinds 2015 is een groot aantal zorgtaken gedecentraliseerd neergelegd bij de gemeenten. Dit betreft met name de zorg op grond van de Wmo 2015 en de Jeugdwet. Hierdoor is niet alleen de zorgmarkt veranderd, maar hebben ook wijzigingen plaatsgevonden in de btw-wetgeving. Dit leidt in de praktijk toch nog tot een aantal onduidelijkheden. De staatssecretaris van Financiën wil hierover duidelijkheid verschaffen.

De bepalingen van de btw-vrijstellingen zijn in 2015 louter aangepast met het oogmerk om ook decentrale zorg onder de reikwijdte te laten vallen. De bepalingen van de btw-vrijstellingen blijken echter niet alle facetten van de zorgpraktijk te omvatten. Dit leidt in een bepaald aantal gevallen nog tot onduidelijkheden en in sommige gevallen zelfs tot btw-heffing. De staatssecretaris geeft aan dat dit onbedoeld en niet wenselijk is. Om deze onduidelijkheden en onbedoelde gevolgen weg te nemen zal de staatssecretaris de regelgeving binnenkort in ieder geval op de volgende onderdelen verduidelijken:

  • Wmo-diensten met een eigen bijdrage van 100%
    Uit de wettekst blijkt niet duidelijk of op de Wmo-diensten aan personen met een eigen bijdrage van 100% onder de btw-vrijstelling vallen. De staatssecretaris geeft aan dat dit wel het geval is. Hij zal dit met terugwerkende kracht tot 1 januari 2015 in het Uitvoeringsbesluit omzetbelasting verduidelijken.
     
  • Winstbeogende wijkverpleging
    Onder de huidige btw-bepalingen is niet duidelijk of alle winstbeogende wijkverpleging is vrijgesteld. Ook hiervoor zal de staatssecretaris met terugwerkende kracht tot 1 januari 2015 aangeven dat alle winstbeogende wijkverpleging is vrijgesteld van btw.
     
  • Jeugdzorg
    Jeugdzorg is op basis van de wettekst niet in alle gevallen vrijgesteld als sprake is van een winstbeogende instellingen. Hierdoor ontstaat een ongelijkheid tussen verschillende aanbieders van jeugdhulp of zelfs binnen één instelling. De voorwaarde van het ‘niet-winst beogen’ voor toepassing van de vrijstelling zal daarom voor alle gevallen komen te vervallen. Het is onduidelijk of hieraan eveneens terugwerkende kracht zal worden toegekend.
     
  • Uitlenen van personeel in de Wmo of de Jeugdwet
    Het uitlenen van personeel is op dit moment nog expliciet uitgesloten van de btw-vrijstelling. De bedoeling is om bepaalde situaties van het uitlenen van personeel in het kader van de Wmo en de Jeugdwet onder de btw-vrijstelling te brengen. Het is nog onduidelijk of hieraan terugwerkende kracht zal worden toegekend en of, en zo ja, welke voorwaarden hieraan zullen worden gesteld.
 

Voorwaarden btw terugvragen

In de praktijk heeft de decentralisatie inderdaad voor onduidelijkheden gezorgd. Een aantal van die onduidelijkheden konden worden beslecht met de Belastingdienst. In een aantal gevallen is mogelijk toch btw berekend. Het is daarom goed dat de staatssecretaris hierin duidelijkheid schept. Wij gaan ervan uit dat de instellingen die reeds btw in rekening hebben gebracht, die btw kunnen terugvragen voor zover daaraan terugwerkende kracht wordt ontleend. De definitieve voorwaarden zullen aan het einde van het jaar bekend worden. Wij zullen hierover uiteraard nader berichten.

Meer informatie?

Wilt u weten welke gevolgen dit heeft voor u of uw organisatie? Neem dan contact op met Matthijs van Ooij of Anne Marieke Smits, als btw-specialisten onderdeel van de Branchegroep Zorg en bereikbaar via telefoonnummer (088) 236 48 03.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.