Lokale EPD's lang niet altijd op orde

Uitwisseling

NIVEL onderzocht de huisartsinformatiesystemen die door een honderdtal Twentse huisartsen worden gebruikt. Zorgverleners wissselen steeds meer informatie uit, die afkomstig is uit dergelijke systemen (in generieke zin elektronische patiëntendossiers). Maar als de verslaglegging over ziekten, medicatie en behandeling op verschillende manieren plaatsvindt, kunnen er problemen optreden bij die uitwisseling. "Er moet noeg veel worden verbetered aan de informatie die wordt uitgewisseld", zegt NIVEL-onderzoeker Robert Verheij.

Medicatiefouten

Zo kan het voorkomen dat een patiënt volgens het dossier nog steeds medicijnen lijkt te slikken, terwijl het laatste recept al langer dan 6 maanden geleden is uitgeschreven, wat kan leiden tot medicatiefouten. Ook de registratie van allergieën blijkt vaak onvolledig. Het gedrag van de huisarts speelt een rol, maar de verschillen zijn ook deels te wijten aan de (on)mogelijkheden van de gebruikte systemen. 

Landelijk

Verheij vindt de constateringen niet meteen een grote bedreiging voor het landelijke EPD, waarbij dergelijke informatie landelijk beschikbaar komt via het Landelijk SchakelPunt (LSP). "Als uitwisseling binnen één huisartsenpraktijk niet goed is geregeld is dat natuurlijk erger dan bij het landelijk EPD, waar die informatie veel minder wordt uitgewisseld." Maar goede informatie is wel de basis voor meer vertrouwen in het landelijke EPD, meent hij. 

Inhoud

"Het is absoluut een aandachtspunt bij de verdere ontwikeling van het landelijke EPD. Er moet aandacht zijn voor de kwaliteit van het EPD van de individuele zorgverlener. Dat is een aspect dat steeds in de schaduw heeft gestaan van de discussie over privacy en de technische problemen. De vraag wat er dan wordt uitgewisseld en of dat wel nut heeft komt eigenlijk weinig aan de orde." NIVEL gaat in het najaar nog een meting doen in Twente en wil vervolgens het onderzoek een landelijk karakter geven.