Advertentie

Woonplaatsvereiste wethouders en gedeputeerden op de schop

Het woonplaatsvereiste voor wethouders en gedeputeerden wordt versoepeld, als het aan minister Plasterk van Binnenlandse Zaken ligt. Gemeenteraden en Provinciale Staten krijgen de ruimte om zelf - ruimere - regels te stellen.

06 maart 2017

Wethouders en gedeputeerden kunnen straks mogelijk langer buiten de gemeente of provincie wonen waarin zijn werken. Het woonplaatsvereiste voor wethouders en gedeputeerden wordt versoepeld, als het aan minister Plasterk van Binnenlandse Zaken ligt. Gemeenteraden en Provinciale Staten mogen straks zelf - ruimere - regels stellen. Het conceptwetsvoorstel hiertoe ligt nu voor ter (internet)consultatie.

Wethouders 'van buiten' 

De Gemeentewet bepaalt dat de wethouder in de gemeente moet wonen waarin hij werkt. De gemeenteraad kan een wethouder ‘van buiten’ nu een ontheffing voor in principe een jaar verlenen. In bijzondere omstandigheden kan dit worden verlengd. Met de wet wil Plasterk de ontheffingsmogelijkheid verruimen, ook voor gedeputeerden. De gemeenteraad en Provinciale Staten mogen dan voortaan zelf regels maken.

Lokale autonomie

Met het wetsvoorstel komt Plasterk tegemoet aan de wens van de Kamer. In 2014 nam de Kamer een motie aan, waarin de Kamer stelt dat de beslissing over het woonplaatsvereiste van wethouders aan de gemeenteraad moet worden overgelaten. Daarmee is volgens de Kamer meer maatwerk mogelijk en wordt meer recht gedaan aan de lokale autonomie.

Politieke beoordeling

In de praktijk is de jaarlijkse verlenging nog al eens een administratieve handeling ‘waarvan de waarde door geen van de betrokkenen wordt ingezien’, aldus het conceptwetsvoorstel. Het komt voor dat van meet af aan duidelijk is dat de ontheffing voor langer dan een jaar zal worden verleend. Daarnaast kan het al dan niet verlengen van de ontheffing inzet worden van een politieke beoordeling. Dergelijke oneigenlijke motieven zijn ongewenst, stelt Plasterk in zijn conceptwetsvoorstel. ‘Om deze redenen wordt voorgesteld de raad een ongeclausuleerde bevoegdheid toe te kennen inzake het verlenen van ontheffing van het vereiste van ingezetenschap voor wethouders.’ De raad mag straks, gedurende de raadsperiode, zelf de duur van de ontheffing bepalen en daar al dan voorwaarden aan stellen. De raad is vrij, als hij toch kiest voor een beperkte duur, om al dan niet voor een verlenging te kiezen. De Provinciewet wordt op soortgelijke wijze aangepast. Provinciale Staten mogen, gedurende de statenperiode, zelf regels stellen.

Tot 1 april kan op het conceptwetsvoorstel worden gereageerd.

Reacties: 3

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

JHAGM Sneuf van Toetellaere / bd
Het moet mij van het hart voor ik gil'

en daarom houd ik mij stil.

Eén voorbehoedsmiddel voor politici zonder werk

met als primo inter pares heer Ronald Plasterk

of noemen we het een gewone grap [per 1 april?
H. Wiersma / gepens.
De Kamer neemt een motie aan in 2014 en naar verwachting zal de behandeling van dit wetsvoorstel in 2017 nog steeds niet zijn afgerond. De snelheid van deze minister en zijn BiZa doet niet veel onder dan die van een slak.
Jan
En nu nog een zelfde regeling voor burgemeesters en CdK's.
Advertentie