Vaste vorm voor regio’s
Die aanbeveling voor meer vaste en permanente eenheden in de regio doet de afdeling advisering van de Raad van State aan het kabinet in het rapport En nu verder!, de vierde beschouwing over de interbestuurlijke verhoudingen. Vanwege de gebleken toegenomen betekenis van regiovorming moet er in de komende kabinetsperiode een nadere bezinning plaatsvinden op de positie van de regio’s.
Het moet afgelopen zijn met het voortdurend leggen van noodverbanden bij de samenwerking tussen gemeenten. Er dient te worden gestreefd naar meer permanente regionale structuren. ‘Nietsdoen is geen optie’, aldus de Raad van State.
Die aanbeveling voor meer vaste en permanente eenheden in de regio doet de afdeling advisering van de Raad van State aan het kabinet in het rapport En nu verder!, de vierde beschouwing over de interbestuurlijke verhoudingen. Vanwege de gebleken toegenomen betekenis van regiovorming moet er in de komende kabinetsperiode een nadere bezinning plaatsvinden op de positie van de regio’s.
De RvS staat voor ogen dat gemeenten in samenspraak met provincies en het rijk gedurende een vooraf vast te stellen periode de kans krijgen om de samenwerking in vaste, meer permanente regionale verbanden te versterken. Dat moet geen vrijblijvend proces zijn. Vooraf zullen onder leiding van de minister van Binnenlandse Zaken afspraken dienen te worden gemaakt over tijdpad, randvoorwaarden, spelregels, wijze van besluitvorming en evaluatie. Op grond van de resultaten uit de evaluatie zal vervolgens moeten worden bepaald ‘welke vervolgstappen wenselijk dan wel noodzakelijk zijn en of toegewerkt dient te worden naar een meer definitieve voorziening.’
Positie provincies
Zeker na de decentralisaties en de daardoor noodzakelijk geworden samenwerking tussen gemeenten, wordt het volgens de RvS steeds urgenter dat de regio in het openbaar bestuur ‘een nadere duiding’ krijgt. Uit de vrijwillige of opgelegde regiovorming blijkt dat de huidige bestuurlijke ordening en indeling niet doelmatig aansluit bij de schaal van maatschappelijke vraagstukken. ‘Voor de oplossing van dat probleem kan niet onbegrensd en tot in lengte van dagen worden volstaan met noodverbanden’, aldus de RvS.
Een nadere duiding van de regio is volgens de RvS ook van belang voor de positie van de provincies. ‘De klassieke rollen en taken van de provincie zijn steeds verder uit beeld verdwenen. De pragmatische – en in veel gevallen positieve – wijze waarop de provincies in wisselende rollen aan realisatie van maatschappelijke doelen bijdragen, kan niet verhullen dat deze opstelling mede ontstaat door blijvende onduidelijkheid over de rol en plaats van deze bestuurslaag’, aldus de RvS.
Grote steden
Daarbij tekent de Raad ook aan dat het aantal gemeenten in de loop der jaren fors is teruggelopen, een ontwikkeling die zich naar verwachting doorzet. ‘Grotere (samenwerkende) gemeenten staan in een andere relatie tot de provincie van nu dan in de tijd dat de bestuurlijke indeling van ons land werd vormgegeven. Daar komt bij dat de relatie tussen rijk en gemeenten steeds meer rechtstreeks is geworden.
Dat geldt in het bijzonder voor de grote steden. Tegen deze achtergrond is het noodzakelijk om te bezien op welke wijze het decentraal bestuur zo kan worden ingericht en toegerust dat het enerzijds de wettelijk taken in de nieuwe verhoudingen effectief en zelfstandig kan waarmaken en anderzijds aan de eisen van democratische legitimatie kan voldoen. Duidelijkheid over de ontwikkelingsrichting is van belang.’
Kanalisering
Leidraad zou daarbij volgens de RvS zijn in welke samenwerkingsverbanden en op welke wijze binnen die samenwerkingsverbanden, een aantal specifieke, met elkaar samenhangende beleidsopgaven waar de gemeenten in de nieuwe verhoudingen voor staan het effectiefst kunnen worden uitgevoerd. De uitkomsten kunnen per gebied worden vastgelegd ‘in een nader te bepalen vorm.’ Zo zou gekomen kunnen worden tot een zekere kanalisering van de nu bestaande lappendeken van regionale samenwerkingsverbanden.’
De RvS waarschuwt op basis van ervaringen in het verleden en de gevoeligheden waarmee de discussie altijd gepaard gaat voor het ontwerpen van een blauwdruk of een uitgewerkt model. Als meteen al de einduitkomst wordt geschetst, is de kans op een hernieuwde mislukking groot, omdat er onvoldoende mogelijkheden zijn geweest om als bestuurslagen in gezamenlijkheid de richting te bepalen. Dat gaat ten koste van het onmisbare draagvlak. RvS: ‘Dat neemt niet weg dat er uiteindelijk gekozen zal moeten worden. Hier ligt een uitdaging voor het nieuwe kabinet.’
Gezamenlijk platform
Democratische legitimatie van besluiten met een bovenlokale dimensie kan volgens de Raad van State onder meer worden gezocht in afvaardigingen van de afzonderlijke gemeenteraden in een gezamenlijk platform waaraan voorgenomen maatregelen worden voorgelegd. Het is niet voldoende dat soort te nemen besluiten uitsluitend te laten berusten bij de individuele gemeenteraden.
Welke mogelijkheden en belemmeringen ziet de Afdeling advisering? Of is dat een vraag voor later?