RvS dwingt gemeente geluidsoverlast aan te pakken

De gemeente Breda moet in actie komen tegen de geluidsoverlast vanuit een kantine bij een sporthal. Dat heeft de Raad van State deze week bepaald. De gemeente weigerde tot nu toe op te treden, aangezien ze zelf eigenaar is van het gebouw.

Overgangsrecht
Volgens omwonenden van de sporthal zijn de feesten en partijen in het ‘sportcafé’ “De Ganzerik” de laatste jaren steeds grootschaliger en vooral luidruchtiger geworden. Sinds 1998 staat de gemeente toe dat in de kantine tot vijftig keer per jaar ‘niet-sportgerichte horeca-activiteiten voor maximaal honderd personen’ worden gehouden. Het oude bestemmingsplan stond helemaal geen horeca-activiteit toe, maar de gemeente beroept zich op overgangsrecht: wat in 1998 werd gedoogd mag legaal worden voortgezet.

Nieuwe afweging

Volgens de omwonenden zijn de feesten in de loop der jaren echter steeds meer geluidsoverlast gaan geven omdat tegenwoordig geluidsinstallaties worden gebruikt en muziek wordt gespeeld. Dat is geen voortzetting van oude activiteiten, en dus is een nieuwe afweging vereist, zo betogen ze. De omwonenden eisen dan ook dat de gemeente optreedt, maar die weigert dat.

Bestemmingsplan
De rechterbank oordeelde eerder dat de bewoners gelijk hebben. Ook bij de Raad van State vindt het pleidooi van de klagers nu gehoor: de hoogste bestuursrechter oordeelt dat een toename van het geluidsniveau de ‘strijd met het bestemmingsplan verhoogt’ en de gemeente haar weigering om op te treden moet herzien.

Eigenaar
Advocaat Jos Verjans van de omwonenden: ‘De gemeente zal het geluid nu dus toch in haar afwegingen moeten betrekken. In dit verband trouwens een saillant detail: de gemeente is zelf eigenaar van het gebouw. Zo’n dubbele rol als eigenaar/verhuurder geeft op zijn minst te denken’.