Partijprogramma’s onbelangrijk in lokale politiek

Uitgangspunten bepalen
Uitvoering van het eigen verkiezingsprogramma blijkt voor raadsleden uit grote én kleine gemeenten volgens het onderzoek van Denters het laagst te scoren. Raadsleden vinden een vijftal andere taken belangrijker. Zij bepalen liever de belangrijkste uitgangspunten van het beleid.

Controle gemeentebestuur
Belangrijker dan het uitvoeren van het eigen verkiezingsprogramma vinden raadsleden ook het controleren van activiteiten van het gemeentebestuur, het verwoorden van verlangens en strijdpunten die leven onder de bevolking, het voeren van het publieke debat over lokale vraagstukken en het uitleggen van raadsbeslissingen aan de burgers.
 
Kleine gemeenten
Uit het onderzoek blijkt dat in de kleinste gemeenten (met minder dan tienduizend inwoners) het minste belang wordt gehecht aan het uitvoeren van het verkiezingsprogramma. Naarmate de gemeente groter is, scoort de uitvoering van het eigen programma beter, maar nooit hoger dan een vijfde of zesde plaats.
 
Bundel
De uitkomsten van het onderzoek staan in de vandaag door de Vereniging van Griffiers uitgebrachte bundel ‘Humeurig volk, rusteloze politiek’. Het eerste exemplaar is vandaag tijdens het jaarcongres van de Vereniging van Griffiers in Den Haag aangeboden aan de voorzitter van de Tweede Kamer, Gerdi Verbeet.

Dominante partij 
De partijendemocratie fungeert volgens Denters in de grote gemeenten het beste. Daar is het minste sprake van een dominante partij in de lokale politieke arena. Volgens de Twentse hoogleraar is de afwezigheid van één grote, dominante partij de beste garantie voor een goed functionerende partijendemocratie. Het belang daarvan moet volgens Denters niet worden overdreven. Volgens de hoogleraar betekent de geringe aandacht voor het uitvoeren van het partijprogramma dat de politisering in de lokale politiek gering is. ‘Het belang van de partijpolitieke factor voor de gemeentelijke politiek moet daarom worden gerelativeerd’, aldus Denters.