Noordanus: Don’t shoot the messenger

Burgemeester Peter Noordanus van Tilburg wil best naar minister Opstelten om de wens van de raad kenbaar te maken: een pilot met gereguleerde wietteelt. Een plan hiervoor indienen wil hij niet doen, aangezien hij dan de wet overtreedt.

Ambities doorgeven en actief lobbyen
In het raadsdebat vroeg een meerderheid aan Noordanus, als voorzitter van de raad, in een motie om aan minister Opstelten duidelijk te maken dat Tilburg een pilot wil doen. De minister heeft in een brief aangegeven dat ambities op dit gebied voor 1 april moeten worden aangemeld bij het ministerie. Ook moet hij actief meedoen met de lobby die de Groningse burgemeester Peter Rehwinkel is begonnen om gereguleerde wietteelt mogelijk te maken. De motie wordt ondersteund door PvdA, VVD, D66, GL en SP.

Zielige vertoning
Het CDA is wel klaar met de moties voor gereguleerde wietteelt en spreekt van een zinloze exercitie en een zielige vertoning. Alles wijst er volgens de partij op dat gereguleerde wietteelt niet mag. ‘Kennelijk is er bij deze partijen grote behoefte aan zelfkastijding’, concludeert fractievoorzitter Marcel van den Hoven.

Wetten en praktische bezwaren
Noordanus zelf reageert met enige reserve op de oproep van de raad. Volgens hem staan tussen droom en daad wetten en praktische bezwaren in de weg. ‘Don’t shoot the messenger. Ga naar uw partijgenoten op het Binnenhof en vraag hen om de wetgever tot daden te brengen.’ De brief die Opstelten heeft gestuurd over het indienen van plannen voor pilots moet anders gelezen worden, zegt Noordanus. ‘De minister stelt dat het juridisch onmogelijk is om te reguleren, omdat het in strijd is met de Opiumwet, EU-verdragen en VN-verdragen. Wel wil hij inventariseren welke plannen er zijn en dit bij de Kamer neerleggen.’ Noordanus stelt dat het juridisch niet kan en dat de raadsleden contact op moeten nemen met hun Kamerleden. 'U kunt van mij niet vragen iets te bedenken wat wettelijk onmogelijk is.’

Kansrijke initatieven
Als er kansrijke initiatieven zouden zijn, dan zal de gemeente daarbij aansluiten, zegt Noordanus ook. ‘Maar die zijn er nog niet.’ Wel zal hij initiatieven actief scannen en de raad informeren over kansrijke initiatieven. ‘Dat is hoe ver ik kan gaan. Maar ik kan niet de wet overtreden.’ Een uitnodiging van Rehwinkel voor overleg tussen burgemeesters van grote steden over regulering van cannabisteelt heeft Noordanus ook nog niet gehad. ‘Maar ik zal hem daar eens over opbellen.’

Beetje halsstarrig
VVD-raadslid Oscar Dusschooten, die zich al jaren inzet voor het wietexperiment, kan zich voorstellen dat de burgemeester niet blij is met de opdracht naar de minister. ‘Hij is een beetje halsstarrig.’ Maar Dusschooten heeft al geduld sinds de discussie in Tilburg in 1999 onder wijlen Johan Stekelenburg begon. ‘Keulen en Aken zijn ook niet op een dag gebouwd.’ Volgens hem vergeet de minister in welke unieke positie hij zit. ‘Hij kan besluiten tot een pilot, maar waarschijnlijk is het meer een kwestie van niet willen dan van niet kunnen. Noordanus moet contact zoeken met Rehwinkel. Als zoveel mogelijk gemeenten het aanzwengelen, dan moeten ze daar in Den Haag wel. Het Utrechtse model vind ik een realistisch initiatief.’

Wordt vervolgd
Dusschooten zou het heel raar vinden als Noordanus als voorzitter van de raad de duidelijke opdracht van de raad naast zich neer zou leggen. ‘Dat zou onbegrijpelijk zijn.’ Hij gaat er dan ook niet vanuit dat de burgemeester dat zal doen. ‘Voor 1 april moet er een ambitie liggen voor een pilot met gereguleerde wietteelt. Daarna kunnen we er het gesprek over aangaan. In Den Haag beseffen ze niet welke problemen er lokaal spelen op dit gebied. We stellen het al sinds 1999 aan de kaak. Het is een groot probleem en de huidige aanpak is dweilen met de kraan open. Wordt vervolgd, zou ik zeggen.’