Advertentie

‘Meer en beter samenwerken’

Meer en beter samenwerken is volgens gemeentesecretarissen veruit het belangrijkste verbeterpunt voor gemeenten.

04 februari 2011

Dit blijkt uit een kwalitatief onderzoek onder 129 gemeentesecretarissen door bureau BMC. Gemeentesecretarissen blijken erg tevreden over de gemeentelijke organisatie. Zij waarderen het organisatiemodel van hun gemeente met het cijfer 7,5. Dat organisatiemodel bestaat voor driekwart (76 procent) van de gemeenten uit een zogeheten afdelingenmodel. Daarbij zijn in een kwart van de gevallen verschillende beleidsterreinen samengebracht in zogeheten beleidsoverstijgende eenheden.

 

In gemeentelijk organisatiejargon wordt dit als als ‘gehele of gedeeltelijke kanteling’ aangeduid. De gekantelde modellen worden innovatiever geacht, maar worden door de secretarissen niet beter gewaardeerd. De kern van het afdelingenmodel is: scheiding van beleid en uitvoering, centralisatie van ondersteunende taken (overhead), de voor het sectoren- en dienstenmodel kenmerkende middenmanagementlaag is geschrapt en de secretaris is weer de baas (zoals vroeger in het secretariemodel). In het afdelingenmodel wordt hij vaak aangeduid als algemeen directeur.

 

Verkokering

 

22 procent van de gemeenten heeft een sectorenof dienstenmodel dat in de jaren 90 populair was. In dit model, dat de afgelopen 10 jaar uit de gratie raakte, is de secretaris in het directie- of managementteam primus inter pares. Beleid en uitvoering zitten in dit model bij elkaar, ondersteunende taken zijn ondergebracht bij de verschillende diensten of sectoren. Het belangrijkste bezwaar van dit model: verkokering.

 

Volgens onderzoeksleider Harrie Aardema, partner van BMC en hoogleraar publiek management van de Open Universiteit, is er geen bewijs voor de stelling dat de gemeente beter is gaan functioneren met het afdelingenmodel. Ook bij dit model is verkokering het voornaamste kritiekpunt.

 

Ongeacht het gehanteerde model en de tevredenheid daarover, blijken de gemeentesecretarissen meer en betere samenwerking aan te wijzen als veruit het belangrijkste verbeterpunt. ‘Met elkaar, maar ook met burgers en marktpartijen’, aldus Aardema. Ook zijn er te veel leidinggevenden, is het managementteam te groot en is er volgens de secretarissen te veel overhead.

 

Aardema verwacht dat gemeentelijke organisaties - door bezuinigingen en decentralisatie - kleiner worden, meer taken zullen uitbesteden en nauwer gaan samenwerken met maatschappelijke instellingen en andere overheden. Die samenwerking wordt uitgevoerd door kleinschalige teams van ambtenaren, die soms zelfsturend zijn en soms onder regie van de gemeentesecretaris zullen staan. De gemeentesecretaris ondersteunt en vertegenwoordigt het college van B en W in wat Aardema het ‘spinnenwebconcept’ noemt.

 

‘Directie en managementteams kunnen in dit scenario worden opgeheven: burgemeester en wethouders doen voortaan de dagelijkse aansturing van de organisatie’, aldus Aardema. ‘Feitelijk gebeurt dat nu vaak ook al en bij de “wethouders van buiten” verschuift het politiek accent al meer en meer naar het managen.’  

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie