G4 vraagt om investeringen

De grote steden zijn klaar om de grote transities in te zetten en vragen het kabinet daar nu ook echt in te investeren. ‘Kabinet, geef ons die mogelijkheden. Allez!’

Aandacht voor politie en overlast

‘We zijn nog niet op de plek die we verdienen, maar we hebben wel wat voor elkaar gekregen’, vatte burgemeester Ahmed Aboutaleb het afgelopen jaar tijdens de traditionele G4-bijeenkomst op Prinsjesdag samen. Volgens hem mogen de vier grote steden niet klagen voor de aandacht die de grote steden krijgen op tal van dossiers, zoals op het gebied van overlast in de wijken en voor de politie. ‘Dankzij het bewerken van Kamerfracties door de G4 hebben we voor elkaar gekregen dat er voldoende geld is voor de politie en de rechterlijke macht. Wat mij betreft is dat nog 100 miljoen te weinig, maar tel uit je winst.’
 

Belang innovatie moet nog indalen
Volgens Aboutaleb, afgelopen jaar voorzitter van de G4, is veel inzet geleverd in het overleg met het kabinet over terreurbestrijding en is daarin ook geoefend. Ook wijst hij op het breder invoeren van de Rotterdamwet die een nieuwe impuls heeft gegeven aan het verwerven van meer bevoegdheden aan burgemeesters. ‘Wat nog wel moet indalen is dat de grote steden met elkaar en met de ambities van het kabinet vervlochten zijn op het gebied van innovatie om de transitie naar de nieuwe economie te maken. Dat besef is er enigszins, maar we zijn er nog lang niet.’
 

Water door de Maas
Een van de initiatieven waarvoor nog veel water door de Maas moet is het Investeringsprogramma Metropoolregio Rotterdam Den Haag. ‘Ook ten noorden van onze steden zijn initiatieven in de energietransitie. Ik hoef maar te wijzen op het akkefietje tussen Amsterdam en Noord-Holland over windmolens. Als ik dat zie, denk ik: provincie, waar bemoei je je mee!’ Aboutaleb geeft het stokje van G4-voorzitter over aan burgemeester Jozias van Aartsen van Den Haag die hij feliciteert met zijn inzet om het burgemeestersparlement op te zetten. ‘Alle begin is moeilijk, maar we zien het graag in het aanjagen van de economie.’
 

Achterstandsvraagstukken
Tot slot wijst Aboutaleb op de wethouders onderwijs van de vier grote steden en hun inzet om bezuinigingen op achterstandsvraagstukken via een interne lobby tegen te houden. ‘Dat is goed voor onze kinderen.’ Waar nog goed naar gekeken moet worden is de fiscale ruimte die steden krijgen. ‘Dat wordt binnen onze steden verschillend geapprecieerd en heeft ook ingrijpende gevolgen, maar het is een discussie die we moeten voeren.’
 

Allez!
Van Aartsen begon zijn speech met op de pragmatische en praktische aard van de Troonrede. ‘Maar steeds vroeg ik mij af: wat gaan we nou eigenlijk doen?’ Op een aantal punten moet de G4 wat hem betreft het voortouw nemen. ‘En dan denk ik aan het zinnetje: er moet worden geïnvesteerd. De OESO, het IMF en de EU zeggen dat en wij, G4, hebben daar voldoende plannen voor.’ Volgens Van Aartsen zat daarin de afgelopen vier jaar wel schot in, maar zal het de komende vier jaar sneller gaan. ‘Kabinet, geef ons die mogelijkheden. Allez!’