Frustratie raadsleden kleine gemeenten
Door samenwerkingsverbanden met buurgemeenten wordt de taak en de invloed van raadsleden in kleine gemeenten uitgehold. Volgens Lars Voskuil, fractievoorzitter van de PvdA in Naarden is de kloof tussen wat je als raadslid wilt en wat je kunt, is steeds groter geworden. 'Omdat je als gemeente veel niet zelf meer kunt, ben je afhankelijk van het compromis dat je sluit met andere gemeenten. Met name ben je afhankelijk van de grotere partner. Het heet samenwerken, maar het is gewoon een eufemisme voor het laten uitvoeren van taken door anderen. We gaan alleen nog over stoeptegels en lantaarnpalen.’
Door samenwerkingsverbanden met buurgemeenten wordt de taak en de invloed van raadsleden uitgehold. ‘We gaan alleen nog over stoeptegels en lantaarnpalen.’
‘Met enige regelmaat,’ zei Naarder burgemeester Joyce Sylvester onlangs in een interview met Binnenlands Bestuur, ‘krijg ik raadsleden bij mij op de kamer die zeggen gefrustreerd te zijn.’ Waarom? Omdat ze door al die samenwerkingsverbanden waarin Naarden zit, zo weinig invloed kunnen uitoefenen.
Samenwerken is eufemisme
Volgens Lars Voskuil, fractievoorzitter van de PvdA in Naarden, komt die hartenkreet van de burgemeester niet uit de lucht vallen. ‘Ik denk dat in veel gemeenten raadsleden er last van hebben, vooral in de kleine. De kloof tussen wat je als raadslid wilt en wat je kunt, is steeds groter geworden. Omdat je als gemeente veel niet zelf meer kunt, ben je afhankelijk van het compromis dat je sluit met andere gemeenten. Met name ben je afhankelijk van de grotere partner. Het heet samenwerken, maar het is gewoon een eufemisme voor het laten uitvoeren van taken door anderen.’
Zwakke stem in samenwerkingsverband
In 2006 kwam Voskuil in de raad. ‘Toen ik erin kwam, deden we als gemeente sociale zaken nog zelf. Vijf jaar geleden hebben we dat moeten uitbesteden, omdat we de kwaliteit van de dienstverlening niet meer konden waarborgen. Zo meteen, bij de decentralisaties, komt alles nog veel verder van ons af te staan. Ik bedoel, het zal in regionaal verband best goed worden geregeld voor de burger. Maar ik ga er niet meer over. De burger van Naarden, degene die mij koos, kan mij er niet meer op aanspreken.' In zo’n samenwerkingsverband kun je volgens hem als kleine gemeente je stem niet meer laten gelden. ‘Grote gemeenten doen soms mee terwijl er voor hen geen noodzaak is. Die zouden het best alleen kunnen doen. Voor hen is samenwerking een keuze, voor ons is het noodgedwongen.’
Gebrek aan afrekenbaarheid
Ja, hij is gefrustreerd. ‘Ik wil verantwoordelijk zijn voor wat ik doe. Het enige dat ik nu kan, is op de ordners passen. Waar gaan we nog over? Steeds meer alleen maar over stoeptegels en lantaarnpalen. Daarvoor ben ik niet in de raad gegaan’, zegt hij. De frustratie over wat Voskuil het ‘gebrek aan afrekenbaarheid’ noemt, wordt naar zijn zeggen in gradaties gedeeld door raadsleden van andere partijen. ‘We kunnen de wethouder wel op pad sturen met een boodschap, maar die richt niets uit als de andere acht wethouders aan tafel een ander plan hebben.’ In die zin maakt het volgens Voskuil echt geen moer meer uit of er nu een VVD- of PvdA-meerderheid in de raad van Naarden zit.
Lees het hele verhaal deze week in BB22
Als raadslid van een kleine gemeente (Hendrik-Ido-Ambacht) is deze situatie heel herkenbaar. Ook wij participeren in een samenwerkingsverband met vijf andere gemeenten. En ook wij hebben het grootste gedeelte van de uitvoering van sociale zaken nu regionaal belegd.
Maar dat betekent niet dat inwoners mij niet meer zouden kunnen aanspreken over zaken die met die uitvoering te maken hebben. Als raadslid bén en blijf je mijns inziens de schakel tussen de inwoners en de gemeente (of andere uitvoerders).
Het is natuurlijk wel waar dat de directe invloed op het sociale beleid en de uitvoering door dit soort centralisaties kleiner wordt. Maar dat neemt niet weg dat je de mogelijkheid behoudt om de verantwoordelijk wethouder met een opdracht de regio in te sturen.
Voor de afrekenbaarheid geldt dat lokale wethouders nog steeds eindverantwoordelijk blijven over die uitvoering. Zij kunnen daarvoor dus ook "gewoon" ter verantwoording geroepen worden.
Tenslotte: de conclusie dat het niet uit zou maken of er een PVDA- of VVD meerderheid in de raad zou zijn onderschrijf ik absoluut niet!
Daarvoor zijn de verschillen tussen beide partijen te groot.