Advertentie
bestuur en organisatie / Achtergrond

Niet wrijven in een oude vlek

In Epe kwam twintig jaar geleden een schokkend zedendrama aan het licht. Het dorp raakte in de ban van de zaak rond twee zussen die aangifte deden van incest, seksueel misbruik, babymoord en satanische rituelen. Epe kijkt liever niet achterom, maar van tijd tot tijd duikt de zaak toch weer op.

29 augustus 2008

Retour Epe

 

In 1990 deden de zussen Jolanda (later Yolanda) en Evelien B., twee jonge vrouwen uit het Gelderse Epe, aangifte van seksueel misbruik. Ze beschuldigden hun ouders, een ex-echtgenoot, huisvrienden en anderen o.m. van jarenlang seksueel misbruik, illegale abortussen, babymoord, gedwongen prostitutie en satanistische rituelen. Ambtenaren, notabelen en politiemensen werden ook beschuldigd.

 

Oud-VVV-directeur Jan Fokkens herinnert zich nog als de dag van vandaag hoe hij op het Griekse eiland Lesbos slenterde. En opeens oog in oog stond met de naam van zijn gemeente, in chocoladeletters, op de voorpagina van De Telegraaf. ‘Nou, dat kwam binnen, kan ik je vertellen.’

 

Epe, zwartekousendorp op de Veluwe. De plaats waar bijna twintig jaar geleden een schokkend zedendrama aan het licht kwam. Noem iemand van de juiste leeftijd de plaatsnaam en door de meesten wordt die onmiddellijk gekoppeld aan de affaire, die later - voor de gemeente misschien een blessing in disguise - verder ging als ‘de zaak Yolanda’. Vraag door naar details - wat speelde er, wat klopte ervan, zijn er verdachten veroordeeld, welke feiten werden bewezen geacht en welke niet ? – en bevraagden blijven het antwoord meestal schuldig.

 

Opmerkelijk: het imago ‘zwartekousendorp’ komt niet overeen met de werkelijkheid van toen en nu. Epe is, zo zeggen meerdere gesprekspartners en (oud-)inwoners, eerder vrijzinnig dan conservatief. En die sfeer straalt het dorp ook uit, in de zomer van 2008. Vrijwilligers in felgele hesjes van de lokale ondernemersvereniging leiden de deelnemers aan de kindervrijmarkt naar hun plekjes. Veel fietstoerisme en in vakantiekleding gestoken gezinnen. De in reformatorische kring populaire kuitlange rokken met bodywarmer of windjack zijn niet te spotten. Op het dorpsplein bij de kerk worden biertaps geplaatst, ter voorbereiding op het zomerfestival Jazz Comes to Town, met als toppers jazzlegende Chris Barber en saxofonist Hans Dulfer.

 

‘Kijk, dat is nou Epe’, zegt Jan Fokkens, niet meer bij de VVV maar nog wel betrokken bij de organisatie van evenementen. ‘Een in veel opzichten doorsnee gemeente, met een gemêleerde bevolking, een aardig cultureel leven, leuke verenigingen en een geweldige natuur. In de zomermaanden verdriedubbelt de bevolking. Ten tijde van de incestaffaire werden we heel anders neergezet. Dan werd er weer zo’n moeke in bloemetjesjurk van de Hema opgevoerd, als representatieve inwoonster.’

 

Vlek

 

‘Epe is meer libertair dan conservatief’, zegt Dirk van Uitert, in de periode ‘Yolanda’ coördinator van het welzijnswerk en tegenwoordig GroenLinks-wethouder in Renkum. ‘Vanaf de jaren dertig van de vorige eeuw is dat zo. Gegoede burgerij, progressieve dominees, oudwetenschappers. Jarenlang was de Partij van de Arbeid verreweg de grootste partij. Ten onrechte kleeft aan Epe het beeld dat het in het hart van de bible belt ligt. De incestzaak heeft daar zeker aan bijgedragen.’

 

Epe kreeg volgens Van Uitert de reputatie dat er, toegedekt door een gesloten, religieuze cultuur, maar aangerotzooid werd. ‘Waar staat de afkorting EPE voor? Eerst Papa Even. Die grap vertelde je op verjaardagen elders zelf maar, om anderen vóór te zijn.’

 

‘Als er ten tijde van de affaire een reportage werd gemaakt, werd er voor het beeld ingezoomd op een mevrouw in Staphorster kledij, die hier ook een dagje uit was’ herinnert Frans van Marsbergen zich. Hij is gepensioneerd maar was (de enige) gemeentevoorlichter toen het tumult losbarstte. ‘U bent de eerste die mij sinds lang naar de Eper incestzaak vraagt’, aldus de oud-ambtenaar. ‘Maar dat is wel anders geweest.’

 

De zaak deed het imago van het dorp beslist geen goed. Epenaren schaamden zich volgens hem plotseling voor hun groene dorp. Van Marsbergen: ‘Er waren mensen die, gevraagd waar ze vandaan kwamen, op de camping liever antwoordden “uit de buurt van Apeldoorn” dan ‘uit Epe.’ De gemeente deed volgens hem wel een persbericht uit, om de sociale kaart van Epe te schetsen, en zo het beeld van bible belt-gemeenschap te ontkrachten. Maar het hielp niet, volgens hem.

 

De Eper incestzaak is een vlek die het dorp besmeurde. Dirk van Uitert: ‘Autochtone Epenaren hebben het er liever niet meer over, import gaat er wat badinerend mee om, is mijn indruk.’ Een oude huishoudwetenschap leert, dat men in een vlek beter niet wrijft, anders wordt hij groter en trekt het vuil er dieper in.

 

Kenmerkend is in dat opzicht de reactie van de gemeente, als daar de vraag wordt gesteld wat de affaire teweeg bracht voor het imago van het dorp. Woordvoerster Marita Bruins Slot laat namens burgemeester Marijke van Lente-Huiskamp weten dat zij ‘Binnenlands Bestuur niet verder kan helpen bij het (…) artikel. Het betreft een gevoelige zaak waar in eerste instantie justitie de leiding had. Daarnaast is het een zaak die lang geleden is’. Later voegt Bruins Slot daar aan toe: ‘De gemeente heeft geen behoefte de zaak op te rakelen. We willen er geen aandacht meer aan besteden. De mensen die hier destijds werkten, zijn er niet meer.’

 

Pittig

 

‘De buitenwereld maakte meer ophef van de zedenzaak dan Epe zelf’, zegt oud-burgemeester Chris de Loor (Partij van de Arbeid). ‘Het meeste gedonder ontstond toen ik vier agenten van de gemeentepolitie buiten dienst moest stellen, omdat ze ervan beschuldigd werden een aandeel in de zaak te hebben. Dat is door de Rijksrecherche grondig onderzocht. Die politiemensen hebben daar psychisch en emotioneel schade door opgelopen. Zelf ben ik voor de ambtenarenrechter gesleept door de vakbond, omdat ik de zaak anders had moeten aanpakken in hun visie. Die zaak heb ik met glans gewonnen. Wat kon ik anders, dan mensen op nonactief zetten?’

 

‘De zaak is ontzettend opgeblazen’, zegt Van Marsbergen over ‘de zwarte bladzijde uit de geschiedenis van Epe’. Hij beschrijft hoe cameraploegen uit heel Europa in het dorp neerstreken en het stadhuis belegerden tijdens persconferenties. Hoe hij, terwijl televisieverslaggevers elkaar verdrongen, naarstig zijn best deed om tijdens persconferenties in het afgeladen gemeentehuis iedereen van stroom en andere faciliteiten te voorzien.

 

De Loor spreekt van ‘een pittige periode’, mede omdat er aan de juistheid van zijn handelen getwijfeld werd. Maar van imagoschade voor de gemeente is volgens hem geen sprake. De oud-burgemeester, inmiddels elf jaar met pensioen, verwijst naar de lokale economie: ‘De toeristen bleven komen en er vertrokken geen bedrijven.’

 

Maar of Epe dat nu wil of niet, de vlek zit er en van tijd tot tijd wordt er naar gewezen. Nu weer omdat geheugenexpert Wagenaar pogingen in het werk stelt om de dossiers opnieuw te laten onderzoeken. Sommige beschuldigingen en bekentenissen zijn volgens de rechtspsycholoog zo absurd, dat er nooit veroordelingen hadden mogen volgen. En zo zorgde ‘Epe’ ook dit jaar weer voor nieuwe koppen in de krant.

 

Jan Fokkens herinnert zich de jaren 1990-1991 en kort daarna vooral als ‘een hele nare tijd’. ‘Er werd enorm geroddeld in die dagen. Stapels namen gingen er over de tong. Mensen die er niks mee te maken hadden werden met de vinger nagewezen.Ik was er niet blij mee, dat soort aandacht voor het dorp.’ Hij zag het gevaar van afbreukrisico ‘terwijl wij ons suf werkten om het imago te verbeteren’. Zijn medewerkers instrueerde hij destijds ‘de zaak zoveel mogelijk af te zwakken’. Niet door zaken te bagatelliseren, maar door er niet op in te gaan.

 

Had de gemeente er destijds niet beter aan gedaan deskundigen in te schakelen om het geschonden imago te herstellen? ‘Onzin’, zegt Chris de Loor. ‘Dat was niet nodig. Ik sta nog steeds achter de koers die we toen gevaren hebben.’ ‘Ik betwijfel of dat wat had uitgemaakt’, denkt Van Marsbergen. ‘Als zo’n beeld eenmaal postvat, kom je daar toch niet doorheen.’

 

Oud-welzijnswerker Van Uitert heeft daar andere gedachten over. ‘Ook al heb je als overheid geen enkel aandeel in een affaire, toch doe je er in mijn ogen wijs aan er een stevig communicatietraject op los te laten.’ Dat is volgens hem niet gebeurd, al valt het in zijn ogen Van Marsbergen, die in zijn eentje moest redderen, niet aan te rekenen. Het gemeentebestuur heeft in Van Uiterts visie te veel de positie gekozen van ‘we kunnen er niks aan doen, dus doen we er ook niks aan’. Van Uitert: ‘Men heeft zich onvoldoende rekenschap van gegeven van de impact van de zaak, en wat die op de langere termijn zou betekenen voor het imago. Men had moeten proberen dat campagnematig of anderszins recht te trekken. Niet in de vorm van “Epe is méér dan Yolanda”, maar door het duidelijk positioneren van de gemeente op een andere, indirecte wijze. Unieke gemeente aan de rand van de Veluwezoom en IJsselvallei, zoiets.’

 

Omklappen

 

Epenaar Maurice Schalker is ‘import’. Toen het stof van de zedenzaak was neergedaald en internet zich als medium zich langzaam begon te verbreiden, besloot hij met een aantal computervrienden een (private, ongesubsidieerde) site op te zetten, ‘Gemeente Epe Online’, www.geo.nl. Omdat hij vond dat er te veel onzin over Epe in de media kwam. ‘Tijdens de MKZ-crisis hoefden we niemand meer uit te leggen waar Epe ligt’, zegt hij terugblikkend. ‘Het dorp stónd al op de kaart. Dankzij de affaire Yolanda. En ook later was Epe negatief in het nieuws. De affaire Yolanda, het collectief opstappen van de vrijwillige brandweer in Vaassen, de Wreker van Zuuk. Daar wilden wij wat tegenover stellen.’ Niet voldoende om de smet weg te bleken, zegt hij, maar het was tenminste iets.

 

Ingrid de Zaaijer van Berenschot Communicatie staat overheden en bedrijven bij op het gebied van crisiscommunicatie. Het geval Epe intrigeert, zegt ze. ‘Het is van belang dat je je als overheid onmiddellijk realiseert in wat voor dynamiek je terecht komt. Ook al denk je dat zo’n incident, dat net zo goed elders had kunnen gebeuren, weinig invloed heeft op je imago. Dat kan vrij snel omklappen. Achteraf kun je de boel de misschien niet helemaal repareren, maar het blijft de moeite waard de gevolgschade zoveel mogelijk te beperken. Bijvoorbeeld door te laten zien dat je een bloeiende gemeente bent, waar veel gebeurt. Zeker in plaatsen met uitbreidingswijken die vers bloed naar hun gemeente willen halen. Of bedrijvigheid willen aantrekken. Bedrijven hebben ook last van een beschadigd imago, omdat klanten die associatie leggen.’

 

Bij acute crisissituaties, zoals ‘Volendam’ of ‘Enschede’, realiseert men zich volgens De Zaaijer meestal hoe belangrijk beeldvorming en goede communicatie tijdens én achteraf zijn. Maar zij ziet ook gemeenten ‘doortobben’ na wrange incidenten. ‘Vaak wekt het wrevel als je er naar vraagt. Collectief ontkennen en wegstoppen is niet handig. Want of je het nu leuk vindt of niet, de wereld voor en na een incident is niet meer hetzelfde.’

 

Pleidooi voor nieuwe rechtzaak

 

De verklaringen van de zussen Jolanda en Evelien van B. leidden tot een zedenzaak die te groot was voor een klein land en zeker voor een rustiek Veluws toeristisch dorp. De zaak kreeg enorme mediaproporties en Epe werd belegerd door de (internationale) pers. De incestaffaire gijzelde het dorp. Politiemensen werden uit hun functie ontheven, de voormalige burgemeester werd door de politievakbond voor de ambtenarenrechter gedaagd, een boek waarin beschuldigden met naam en toenaam werden genoemd, moest uit de handel.

 

Voor de babymoorden bleek geen bewijs, net zomin als voor satanistische rituelen. Zes verdachten werden onherroepelijk veroordeeld tot onvoorwaardelijke celstaffen en tbs, onder wie de ouders van de zussen en twee dorpsgenoten. De laatsten zitten nog in tbs. Recent kwam de zaak opnieuw in de publiciteit, toen geheugenexpert Willem Wagenaar, niet voor het eerst, aandrong op een herziening van de zaak wegens grove nalatigheden in de beoordeling van het bewijs.

 

Wagenaar, die tijdens de ‘Eper’ zaken optrad als getuige-deskundige, meldde de zaak aan bij de Commissie Evaluatie Afgesloten Strafzaken (CEAS). Die gaat in sommige gevallen na of zich in de opsporing van strafbare feiten of in de behandeling van daaruit voortgekomen zaken gebreken voordeden voorgedaan die een goede beoordeling van de feiten door de rechter in de weg hebben stonden. Dan moet wel sprake zijn van een ‘novum’ (nieuwe feiten), hetgeen in de Eper zaak niet het geval lijkt.

 

‘Epe’ is in Wagenaars visie een schrijnend voorbeeld van structurele tekortkomingen in de Nederlandse opsporingspraktijk en rechtsgang, van weeffouten die leiden tot de veroordeling van onschuldigen, of in elk geval van verdachten van wie de schuld onvoldoende vast staat. Ook rechters hebben volgens de rechtspsycholoog regelmatig een blinde vlek als het gaat om bewijs.

 

Volgens Wagenaar zijn tijdens het Eper politieonderzoek verhoren slecht genoteerd of zeer suggestief en getuigenissen niet behoorlijk gecheckt. De rechters hadden dat moeten doorprikken, is zijn stelling. De wetenschapper vermoedt dat Yolanda een ernstige stoornis heeft, mogelijk als gevolg van ernstig misbruik.

 

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie