Advertentie

Helft gemeenten heeft buurtpreventie

In bijna de helft van alle gemeenten zijn buurtpreventieteams actief. In totaal zetten zo’n 700 buurtpreventieteams zich in voor de veiligheid in woonwijken. Dat blijkt uit het onderzoek De burger op wacht van socioloog Vasco Lub in opdracht van de Kenniswerkplaats Leefbare Wijken.

01 maart 2016

In bijna de helft van alle gemeenten zijn buurtpreventieteams actief. In totaal zetten zo’n 700 buurtpreventieteams zich in voor de veiligheid in woonwijken.

Dat blijkt uit het onderzoek De burger op wacht van socioloog Vasco Lub in opdracht van de Kenniswerkplaats Leefbare Wijken. Het onderzoek laat volgens hem zien dat buurtwachten bijdragen aan de wijkveiligheid.

Publieke dienstverlening

Buurtpreventie is een vorm van vrijwilligerswerk die probeert bij te dragen aan de veiligheid en leefbaarheid van woonwijken. Daaronder valt het signaleren en melden van verdachte handelingen en overlast. Het kan gezien worden als een vorm van coproductie in de publieke dienstverlening.

Preventie woninginbraak

De meerderheid van de 700 buurtpreventie teams beperkt zich niet tot een informatiefunctie – de zogeheten WhatsApp-groepen –  maar voert actief patrouilles uit in de wijk. Vooral de laatste vijf jaar nam het aantal buurtwachten sterk toe. Het grootste deel is gericht op preventie van woninginbraak. In probleemwijken richten de teams zich ook op fysieke overlast, zoals straatvuil of kapotte infrastructuur.

In de praktijk behelst de bijdrage van buurtpreventie volgens Lub echter meer dan alleen signaleren en melden. Informatievoorziening over criminele activiteiten, zoals dealplekken, het ondersteunen van politie bij evenementen of calamiteiten, bijvoorbeeld het regelen van verkeer, en begeleiding van buurtfeesten horen daar ook bij.

Aanhoudingen

Waar patrouillerende vrijwilligers informatie doorgeven aan de politie, geeft deze criminaliteit en overlast minder kans. Het veldwerk van het onderzoek verschaft diverse voorbeelden van succesvolle uitwisseling tussen buurtwacht en politie. Echter directe interventie – waarbij buurtwachten overlastgevers expliciet aanspreken of criminelen aanhouden – is geen succesfactor. Het onderzoek wijst uit dat dit de veiligheid van vrijwilligers in het geding kan brengen en verhoudingen in de wijk onnodig op scherp zet.

Sociale controle

De praktijk van buurtpreventie is echter niet eenduidig en ook niet zonder risico’s. Niet zelden blijken meldingen later vals alarm. Ook binnen een en hetzelfde buurtpreventieteam kunnen verschillende interpretaties bestaan van wat geldt als een ‘probleem’ of ‘onveilige situatie’. De vrijwilligers hebben bovendien soms te maken met bewoners of aspirant-leden die zich laten leiden door impulsieve acties waarbij stigmatisering kan optreden tegenover bepaalde groepen, bijvoorbeeld bij jongeren of migranten. Tot slot bestaat soms de neiging om de publieke ruimte louter door de bril van veiligheid te bezien. Dit kan ten koste gaan van andere waarden zoals privacy van bewoners. Goedbedoelde sociale controle van buurtwachten wordt niet door alle wijkbewoners gewaardeerd.

Lokaal beleid

Doordat bij buurtpreventie politiële en justitiële informatie wordt gedeeld met burgers, kan het niet gelijk worden geschakeld met ander vrijwilligerswerk. Zo is buurtpreventie niet in elke wijk nodig of is het een geschikt middel, en zouden buurtwachten vaker stil kunnen staan bij het realiteitsgehalte van veiligheidsrisico’s en de proportionaliteit van hun handelen. Meer strategisch beleid hierin vanuit gemeenten is nodig. Concreet betekent dit dat gemeenten buurtpreventie niet gedachteloos moeten omarmen of juist negeren maar inbedden in lokaal veiligheidsbeleid.

Reacties: 2

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

loek / v.m. jur.medew. gsd
De indruk ontstaat dat buurtpreventie zoals hier geschetst niet werkt. Mooie woorden: Het kan gezien worden als een vorm van coproductie in de publieke dienstverlening. Het gaat dan dus over meer schijven, andere bevoegdheden en kan averechts werken. Door foute meldingen kan de politie dus zelfs verkeerd belast worden. Laten we eens terug gaan naar de slogan: goed dat er politie is. Immers, ieder heeft in elk systeem de eigen functie/taken. De burger dient beschermd te worden door de politie en dat moet via prioriteitstelling. Het is een overheidstaak en geen taak van de burger die zich amper mag/kan verdedigen. Nu leeft bij de burger veelal de idee ze kunnen wel bonnen schrijven en dan houdt het op.
Wim Vreeswijk / Belastingadviseur
Due 700 buurtpreventieteams zullen wel nodig zijn. En dat zullen er nog veel meer worden als die 145 miljoen Turken en Oekraïners vanaf 1 januari 2017 al-le-maal een inreisvisum voor Europa krijgen. Haal de megafoons maar uit de kast, zou ik zeggen!
Advertentie