Lang leve de eenvoud in 2023
Waarom moeilijk doen als het ook makkelijker kan? Wie een probleem moet oplossen, voegt vaak iets toe, ook als iets weghalen veel beter is.
Laat in en tussen publieke organisaties 2023 nou eens in het teken staan van vereenvoudiging. Dat zou de prestaties van de overheid namelijk sterk verbeteren.
Verlammend
Dat stelt bestuurskundige Jaring Hiemstra in een essay in Binnenlands Bestuur. Hij is het volledig eens met publicist Paul Scheffer die er onlangs in NRC voor pleitte het woord complexiteit uit beleidsnota’s te bannen. Dat zou de toekomst van het land alleen maar verlammen.
Gedetailleerd beleid
De complexe sectorale beleidssturing belemmert in de ogen van Hiemstra de realisatiekracht van de overheid. Hij verwijst naar de vele (24) nationale programma’s in het fysieke domein van verschillende ministeries die de ruimtelijke keuzes bepalen, variërend van het Deltaprogramma tot het Nationaal Programma Landelijk Gebied, van het Nationaal Programma Regionale Energiestrategieën tot het rijksbrede programma Nederland Circulair en het Nationaal Programma Woningbouw. ‘Doordat de programma’s eigen gedetailleerd beleid, financiering en uitvoeringsprogramma’s ontwikkelen, ontstaat er verkokerde urgentie’, aldus Hiemstra. ‘Gevolg hiervan: onlogische maatschappelijke uitkomsten. Denk hier bijvoorbeeld aan zonnepanelen in weilanden in plaats van op daken en het bouwen van veel woningen op de meest kwetsbare plekken. Dit terwijl de uitdaging is om opgaven vooral creatief te combineren.’
Gemeenten en provincies
De oplossing hiervoor is volgens hem het formuleren van scherpe strategische doelen op rijksniveau en meer vrijheid bij uitvoeringsorganisaties, provincies en gemeenten om deze doelen slim te combineren. ‘In het bijzonder voor provincies wordt 2023 een uitdagend jaar omdat zij dit jaar zullen moeten laten zien hoe ze de grote ruimtelijke opgaven gaan combineren als integrerend en samenwerkend middenbestuur’, schrijft hij. Het uitgangspunt eenvoud in beleid geldt volgens hem overigens ook voor publieke organisaties zelf, waarbij een dikke tactische beleidslaag tussen strategie en realisatie moet worden vermeden.
Grote afstand
Ook de stapeling van sturingslijnen maakt organisaties onnodig complex. ‘Programmamanagers, gebiedsmanagers, opgavemanagers, projectleiders, lijnmanagers en scrum/agile-coaches zijn allemaal vanuit een eigen perspectief ‘samenhangend’ aan het sturen op de uitvoering. Stapeling en onnodig complex organiseren leidt tot een behoefte aan meer coördinatie’, aldus de bestuurskundige. Die behoefte mondt vaak uit in nog meer formeel overleg in toch al volle agenda’s. ‘Het doel om meer samenhangend naar buiten te treden en te handelen kan daardoor paradoxaal genoeg juist tot meer intern overleg en vertraging leiden.’
Effectieve uitvoering kan naar zijn mening alleen vanuit een heldere en eenvoudige orde van organiseren en sturen ontstaan, vooral vanuit de uitvoeringspraktijk. ‘Het idee om de personeelszorg principieel te scheiden van de inhoudelijke verantwoordelijkheid van bijvoorbeeld opgavemanagers werkt niet goed als de HR-manager een groep van 20-40 mensen moet aansturen zonder voeling te hebben met het inhoudelijke werk van de ambtenaar. Professionals hebben dan te maken met twee sturingslijnen. Ze ervaren dan vaak een grote afstand met deze leidinggevenden die geen natuurlijk contact met ze hebben.’
Laag vertrouwen
Veel en complexe regels belemmeren volgens Hiemstra goede uitvoering. Veel organisaties kenden een praktijk waar er sprake was van een overvloed aan interne regels die nauwelijks werden gehandhaafd. De omslag naar vereenvoudiging ontstaat door meer te werken vanuit vertrouwen en heldere regels bij overtreding met serieuze sancties. ‘Oftewel het hanteren van het expliciete uitgangspunt: hoge mate van vertrouwen en lage tolerantie ten aanzien van overtredingen’, aldus de bestuurskundige.
Ook de bestuurlijke inrichting is onnodig complex, zo bewijst de praktijk dat de gemiddelde gemeente inmiddels samenwerkt in drieëndertig regionale verbanden. Gemeenten en provincies hebben te maken met veiligheidsregio’s, energieregio’s, Citydeals, Regiodeals en Woondeals met het rijk. Gevolg? Steeds meer afstemming en overleg door het toenemend aantal onderlinge afhankelijkheden en een steeds minder transparante belangenafweging.
Weghalen
Maar waarom maken we het openbaar bestuur en onze organisaties dan steeds complexer, zo vraagt Hiemstra zich af. ‘Wie een probleem moet oplossen, voegt doorgaans iets toe, ook als iets weghalen veel beter is. De verklaring hiervoor is dat weghalen en vereenvoudigen minder creatief lijkt en minder waardering krijgt. Zo komt het toevoegen van een nieuw meldpunt voor specifieke misstanden daadkrachtiger over maar dit is met de huidige overdaad aan meldpunten niet wenselijk. Om dit soort ‘regel- en organisatiereflexen’ tegen te gaan, ligt er ook een nadrukkelijke politieke verantwoordelijkheid. Eenvoud en uitvoerbaarheid moeten een onderdeel zijn van de politieke afweging’, besluit Hiemstra.
Lees het volledige essay in Binnenlands Bestuur nr. 1 van deze week. (inlog)
Plaats als eerste een reactie
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.