Eindhoven teruggefloten door rechter

Eindhoven heeft fouten gemaakt bij de toekenning van huishoudelijke hulp. Vier van de 160 Eindhovenaren die naar de bestuursrechter waren gestapt omdat zij minder hulp kregen, zijn in het gelijk gesteld. De gemeente moet drie burgers de hulp geven zoals zij voor invoering van het nieuwe beleid kregen. Bij een burger moet de gemeente de zaak opnieuw bekijken. Afhankelijk van de reactie van de gemeente wordt voor de overige 156 zaken een nieuwe zitting gepland.

Te weinig hulp

Dit heeft de bestuursrechter van de rechtbank Oost-Brabant dinsdag bekend gemaakt. In totaal stapten 160 Eindhovenaren naar de rechter nadat Eindhoven haar beleid in 2018 had aangepast. Volgens deze groep krijgen zij sindsdien te weinig hulp. Ook hebben zij er problemen mee dat incidentele schoonmaaktaken zoals het schoonmaken van keukenkastjes en het wassen van gordijnen niet meer door professionals wordt uitgevoerd. De rechtbank besloot in overleg met alle betrokkenen eerst vier typerende zaken te behandelen. In die zaken heeft de rechtbank dinsdag uitspraak gedaan.

Op de schop

Eindhoven heeft vorig jaar haar huishoudelijk hulpbeleid op de schop genomen. Omvang en frequentie worden sindsdien mede op basis van de zogeheten KPMG-normen bepaald. Op basis van dat nieuwe beleid zijn nieuwe besluiten voor toekenning van huishoudelijk hulp genomen. Eindhoven had op grond van de Wmo de lopende toekenning - alleen omdat het beleid is gewijzigd - niet mogen openbreken, oordeelt de rechter. Dat mag alleen als de omstandigheden van de burger zijn veranderd.

Onjuist gebruik

Eindhoven heeft daarnaast de KPMG-normen onjuist gebruikt. In die KMPG-normen (allereerst opgesteld voor de gemeente Utrecht) wordt onder meer aangeven wat nodig is om een ‘schoon en leefbaar huis’ te bereiken. Het gaat daarbij om clusters van huishoudelijke hulp. Eindhoven koos echter voor toekenning van hulp op het niveau van individuele activiteiten. Daarvoor geven de KPMG-normen onvoldoende onderbouwing, stelt de bestuursrechter. De bestuursrechter laakt ook de praktijk dat de gemeente Eindhoven incidentele huishoudelijke hulp aan vrijwilligers overlaat, zonder dat is aangetoond dat er daadwerkelijk vrijwilligers zijn. ‘Als ook niemand uit het sociale netwerk incidentele hulp kan bieden, dan moet de gemeente ook voor deze taken ondersteuning toekennen’, aldus de rechtbank.

Nieuwe zitting

Voor de zaken van de overige 156 Eindhovenaren wordt indien nodig een nieuwe zitting gepland. ‘De bal ligt nu bij de gemeente’, aldus een woordvoerder van de rechtbank. ‘Het is afhankelijk van wat zij met de uitspraken doet.’ De gemeente Eindhoven komt later met een reactie.