Vrouwelijke ambtenaar van 55+ vaker langdurig ziek
Landelijk daalt het ziekteverzuim, maar onder gemeenteambtenaren neemt het juist toe. Vooral vrouwen blijken vaker langdurig uit de running.
Het ziekteverzuimpercentage onder gemeenteambtenaren is in 2011 toegenomen tot 5,4 procent. Dat blijkt uit onderzoek van het A + O fonds Gemeenten. Ten opzichte van 2010 is sprake van een toename van het ziekteverzuim in de sector gemeenten met 0,1 procent. Het landelijke ziekteverzuimpercentage is vorig jaar juist gedaald met 0,2 procent.
Het ziekteverzuimpercentage in gemeenteland beweegt zich de laatste vijf jaar rond de 5,4 procent en blijft daarmee structureel hoger liggen dan het landelijke gemiddelde van ongeveer 4,3 procent in de afgelopen jaren.
De stijging van het ziekteverzuim wordt grotendeels veroorzaakt door een toename van het langdurig verzuim – meer dan 365 dagen ziek. Dat maakt 0,7 procent uit van het totale verzuim en dat was de jaren ervoor steeds 0,6 procent.
Bij de G4 – Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag – is het langdurig ziekteverzuim de afgelopen vijf jaar gehalveerd. Bij de 100.000 plus gemeenten – exclusief de G4 – stijgt het langdurig verzuim de afgelopen jaren juist. Het geringst is het langdurig ziekteverzuim in gemeenten met minder dan 10.000 inwoners. Dat aandeel is met 0,3 procent meer dan de helft minder dan gemiddeld.
Vrouwen
De stijging van het langdurig ziekteverzuim wordt volgens de onderzoekers vooral veroorzaakt door het groeiend aantal vrouwen dat langer dan één jaar ziek is. Dat aandeel in het aantal langdurig zieken is opgelopen tot bijna 57 procent. Vooral in de leeftijdscategorie 55- tot 60-jarigen blijkt sprake van een aanzienlijke toename.
Opvallend is dat het totale ziekteverzuim daalt bij de vier grootste en bij de allerkleinste gemeenten. Voor het eerst heeft het A + O fonds ook het zogeheten nulverzuim bij gemeenten in beeld gebracht: het aantal personen dat zich in een jaar niet ziek heeft gemeld als percentage van de gemiddelde bezetting. Ongeveer één op de drie ambtenaren heeft zich in 2011 het hele jaar niet ziek gemeld. Wederom zijn de kleinste gemeenten het meest gezond.
Iedere gemeentelijke medewerker meldde zich vorig jaar iets minder dan anderhalve keer ziek. Naarmate de omvang van gemeenten, en daarmee ook de bezetting toeneemt, blijkt over het algemeen ook de meldingsfrequentie te stijgen. De gemiddelde verzuimduur is vorig jaar gestegen tot 15,1 dagen. Bij de G4 is de gemiddelde verzuimduur het hoogst: 18 dagen. Bij de kleinste gemeenten is dat 10 dagen.
Reacties: 7
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Ik zou het interessant vinden als het artikel daar ook iets over zou zeggen.
Een voorbeeld is dat in veel gemeentehuizen geen ruimte is voor het Kolven, als er zwangeren vrouwen doorwerken. En dan nog is het opvallend dat in de eerste grafiek het korte of gewone verzuim in de 4 grote steden het hoogst is. In de medische wetenschap is veelvuldig kort verzuim van 1 of 2 dagen net zo ernstig en het onderzoeken waard als het langdurig verzuim. Ook de aard van het langdurig verzuim is van belang om te weten om conclusies te kunnen trekken. Ernstige ziekten spellen bij ouderen een grotere rol dan bij jongeren.