Advertentie
carrière / Nieuws

Aantal niet-werkenden wegens zorgtaken stabiel

Het aantal mensen dat niet kan of wil werken vanwege zorg voor gezin of huishouden stabiliseert zich rond 220.000 personen. Het aantal lag in 2018 op hetzelfde niveau (223.000) als in 2013. Ten opzichte van 2008 nam hun aantal wel met een derde af. Dit blijkt uit de Enquête beroepsbevolking van het CBS.

13 augustus 2019

Het aantal mensen dat niet kan of wil werken vanwege zorg voor gezin of huishouden stabiliseert zich rond 220.000 personen. Het aantal lag in 2018 op hetzelfde niveau (223.000) als in 2013. Ten opzichte van 2008 nam hun aantal wel met een derde af. Dit blijkt uit de Enquête beroepsbevolking van het CBS.

Hoge leeftijd
In 2018 behoorden 3,8 miljoen mensen van 15 tot 75 jaar niet tot de beroepsbevolking. Het gaat om degenen die geen betaald werk hebben, niet op zoek zijn naar werk, en/of niet op korte termijn beschikbaar zijn om te kunnen starten. Voor een groot deel hiervan, 1,5 miljoen, is hoge leeftijd de reden om niet te werken. De 223 duizend personen die in 2018 aangaven niet te kunnen of willen werken omdat ze voor gezin of huishouden zorgen vormt 6 procent van de niet-beroepsbevolking.

Aantal zorgende mannen stijgt
Daarnaast zijn er mensen die wel willen werken, maar een zorgreden opgeven waarom ze niet werken. De combinatie zorg en arbeid geeft te grote druk, ze kunnen geen geschikte betaalde kinderopvang vinden of schooltijden sluiten niet goed aan. Van degenen met kinderen in de leeftijd tot 13 jaar ging het in 2018 om 20 duizend personen, van wie de meesten vrouw zijn (86 procent). Opvallend is dat in 2018 meer mannen niet werken vanwege deze zorgtaken dan in 2008. Waren het in 2008 nog 8000, in 2018 waren het er 12.000. De daling zit hem vooral in het aantal vrouwen. In 2018 werkten 211.000 vrouwen niet wegens zorgtaken, waar dat er in 2008 nog 305.000 waren.

Druk combinatie werk en zorg
De zorg voor een gezin of huishouden kan ook reden zijn voor deeltijdwerkers om niet meer uren te gaan werken, terwijl ze dat wel zouden willen. Met 27.000 personen is die groep wel relatief klein, constateert het CBS. Zorgredenen worden vaker genoemd door vrouwen (19 procent) dan door mannen (7 procent). De druk van de combinatie zorg en werk is de grootste belemmerende factor voor de meesten. Voor 10 procent van de vrouwen en 4 procent van de mannen is dit de belangrijkste reden. Het feit dat ze niet meer uren of opdrachten kunnen krijgen binnen de huidige werkkring is de meest genoemde reden, zowel bij mannen (45 procent) als bij vrouwen (39 procent).

Gebrek aan geschikte betaalde kinderopvang
De belangrijkste beweegreden om vanwege zorgtaken niet meer uren te gaan werken verschilt tevens per onderwijsniveau. Laagopgeleiden noemen het vaakst dat de schooltijden niet aansluiten. Voor middelbaar en hoogopgeleiden is de druk om zorg en werk te combineren vaker doorslaggevend. Ook gebrek aan geschikte betaalde kinderopvang of zorg wordt vaker genoemd naarmate de opleiding hoger is.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie