Advertentie
sociaal / Nieuws

Breda integreert werkbedrijf in gemeentelijke organisatie

Atea, het voormalig Sw-bedrijf van Breda, wordt integraal onderdeel van de gemeentelijke organisatie als wethouder Boaz Adank (werk, VVD) zijn zin krijgt. Daarmee moet een financieel tekort worden weggewerkt én de dienstverlening worden verbeterd.

01 december 2018

Atea, het voormalig Sw-bedrijf van Breda, wordt integraal onderdeel van de gemeentelijke organisatie als wethouder Boaz Adank (werk, VVD) zijn zin krijgt. Daarmee moet een financieel tekort worden weggewerkt én de dienstverlening worden verbeterd.

Tekort van vier miljoen euro

Wethouder Adank maakte het voornemen deze week wereldkundig in een brief aan de gemeenteraad. Daarin schrijft hij dat Atea met leegstand en minder ondersteunende taken te maken heeft als gevolg van extern werken en de terugloop van het aantal Wsw’ers. ‘De uitvoeringskosten zijn hierdoor relatief hoog en de organisatie wordt met name in de ondersteunende functies kwetsbaar’, aldus Adank. In juli maakte hij al aan de gemeenteraad bekend dat Atea voor 2021 een tekort van vier miljoen euro moet ombuigen.

 

Dienstverlening verbeteren

Daarnaast wil Adank de dienstverlening door Atea verbeteren. Dat wil hij bewerkstelligen door de zorg en begeleiding voor de doelgroep meer te verbinden met de gemeentelijke ketens binnen het sociaal domein. Het begeleiden en bemiddelen van werknemers wordt overgeheveld naar het werkgeversservicepunt. Daarnaast gaan de delen waarbij Atea zelf verantwoordelijk is voor de werkzaamheden van Sw’ers voor de gemeente over naar bijvoorbeeld de afdelingen groenbeheer, afval, en het parkeerbedrijf. De kern van de dienstverbetering zit ‘m er volgens Adank vooral in dat het contact met de werkgevers bij één afdeling wordt neergelegd. ‘Dat hadden we eerst op drie verschillende afdelingen, namelijk economische zaken, bijstand en Atea. Binnenkort hoeven we voor een gesprek met de werkgevers, bij wijze van spreken, nog maar één keer bij hen langs in plaats van drie keer. Dat levert Atea ruimte op die ze daar kunnen benutten om meer aandacht aan de werknemers te besteden’, laat hij aan Binnenlands Bestuur weten.

‘Klap in het gezicht’

OR-voorzitter van Atea Ton Kleemans reageert in BN De Stem sceptisch op de aanname van Adank dat de dienstverlening van Atea verbetert door het werkbedrijf onderdeel van de gemeentelijke organisatie te maken. ‘Dat heeft de wethouder nooit onderzocht’, zegt Kleemans tegen de krant. Kleemans verwacht juist dat de kosten omhoog gaan en het niveau van de dienstverlening zal dalen. De OR-voorzitter spreekt van een ‘klap in het gezicht’ van de 1.200 medewerkers van Atea. Tegenover Binnenlands Bestuur benadrukt Adank dat de kwaliteit van de dienstverlening niet mag dalen. ‘Het klopt dat er een financiële noodzaak is om het bedrijf om te vormen. Vier miljoen hebben we hier niet zomaar op de plank liggen. De medewerker van de Sw-organisatie staat echter nog altijd centraal. Dat is en blijft het uitgangspunt.’

Modellen voor doorontwikkeling

‘Dit is één van de modellen van doorontwikkeling’, duidt Cedris-directeur Jan-Jaap de Haan het voornemen om Atea te laten integreren in de gemeentelijke organisatie. ‘Er zijn regio’s die er voor hebben gekozen om de Sw-bedrijven niet voor de uitvoering van de Participatiewet in te zetten en daar zie je nu een krimpscenario afspelen. Dat geldt tot nu toe ook voor Atea, dat vooral op de uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening [Wsw, red.] gefocust bleef. Je ziet dan vaak verlies van expertise en hogere kosten per werkplek.’

Krimpscenario niet toekomstbestendig

Volgens De Haan zijn er ruwweg vier modellen. ‘Het krimpscenario is het eerste model. Vaak is dat het gevolg van het uitstellen van de keuze wat te doen met het Sw-bedrijf. Wij als Cedris raden dat model af. Het is namelijk niet toekomstbestendig en erg duur. Daarnaast heb je het sociaal ondernemingsmodel, waarbij het voormalig Sw-bedrijf een breed portfolio van producten en diensten gaat aanbieden en vaak de eigen broek moet gaan ophouden. Bij dat model wordt het bedrijf meer op afstand van de gemeente gezet. Een derde model is het brede leerwerkbedrijf of participatiebedrijf. Een vierde scenario, dat je bij 30 tot 40 procent van onze leden ziet, is het fusiemodel waarbij het voormalig Sw-bedrijf en sociale dienst samengaan. In de laatste twee scenario’s wordt het Sw-bedrijf over de breedte ingezet voor de uitvoering van de Participatiewet. Natuurlijk zijn er tussen die modellen nog allerlei tussenvarianten.’

 

Hoe expertise Wsw in te zetten voor Participatiewet?

De Haan vindt het nog lastig om te duiden welke kant de plannen van Adank op neigen te gaan. ‘De vraag is in hoeverre de activiteiten van het Sw-bedrijf zullen worden opgesplitst of in hoeverre het juist een breed bedrijf blijft. De kernvraag moet zijn of de expertise van de uitvoering van de Wsw kan worden ingezet voor de Participatiewet en hoe. Ik zie die vraag vooralsnog niet beantwoord. Het komt nu aan op die uitwerking.’ De Haan benadrukt dat het belangrijk is dat de Bredase gemeenteraad zich zo goed mogelijk gaat oriënteren op goede voorbeelden en lessen van anderen. ‘Die zijn er, alleen al in Brabant, meer dan genoeg.’

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie