Gemeenten checken melding bedreigde natuur niet
De bescherming van zeldzame en bedreigde flora en fauna krijgt nauwelijks aandacht bij aanvragen voor een omgevingsvergunning.
De bescherming van zeldzame en bedreigde flora en fauna krijgt nauwelijks aandacht bij aanvragen voor een omgevingsvergunning. Aanvragers denken dat hun kap- en bouwplannen de natuur niet schaden. En gemeenten controleren nauwelijks of die bewering van aanvragers klopt.
Opgaven kunnen onmogelijk juist zijn
Dat blijkt uit onderzoek onder 108 gemeenten, in opdracht van de Gegevensautoriteit Natuur. Die beheert namens de rijksoverheid een database met 52 miljoen natuurgegevens. De opgaven van aanvragers kunnen onmogelijk juist zijn, stelt de Gegevensautoriteit Natuur, Jan van Groenendael.
Schade voor plant en dier 0,15 procent
De onderzoekers bekeken 40.000 aanvragen voor een omgevingsvergunning. In slechts 60 gevallen (0,15 procent) is er volgens de aanvragers kans op schade voor bedreigde soorten. Volgens ramingen van de Gegevensautoriteit Natuur zouden dat er ‘enkele duizenden’ moeten zijn.
Beter weten
Bij kleine plannenmakers, zoals particulieren, is vaak een gebrek aan kennis. Grote initiatiefnemers, zoals ontwikkelaars en bedrijven, zouden beter moeten weten, vindt Van Groenendael. ‘Zo vind ik het onbegrijpelijk dat de nieuwbouwwijk Leidsche Rijn bij Utrecht volgens zeggen is aangelegd zonder één ontheffing van de Flora- en Faunawet. In de sloten rond die wijk leeft de beschermde modderkruiper. Dat had je kunnen weten als het was uitgezocht.’
Geen check op verstrekte informatie
En als de gemeente de informatie van de aanvrager had gecontroleerd. Maar dat gebeurt alleen bij uitzondering, blijkt uit het onderzoek, door gebrek aan kennis. In zeven van alle onderzochte gevallen is bij de Gegevensautoriteit Natuur informatie opgevraagd. En voor slechts drie van de 40.000 aanvragen is een ontheffing afgegeven (een Verklaring van Geen Bedenking).
‘We gaan er niet over’
Gemeenten zeggen zich niet te bemoeien met beschermde flora en fauna bij de vergunningverlening omdat ze geen bevoegd gezag zijn, aldus het onderzoek. Dat is de provincie. Maar die krijgt de aanvragen niet meer onder ogen, wanneer de gemeente die goedkeurt.
Toezicht moet anders
Van Groenendael pleit ervoor om het toezicht te veranderen. Volgens hem is het logischer om de bemoeienis met beschermde natuur onder te brengen bij gemeenten, of de Regionale Uitvoeringsdiensten. ‘Zij kennen de gebieden beter en hebben direct belang bij het voortbestaan ervan.’
Verplicht schade compenseren
Gevolg van de huidige situatie is dat bouwplannen het voortbestaan van bedreigde soorten verder in de knel brengen. Want alleen wanneer is vastgesteld dat een bouwplan schade aanricht aan kwetsbare natuur, wordt de initiatiefnemer verplicht om die schade te compenseren.
Overlaten aan regionale instantie
Wat Van Groenendael betreft zouden initiatiefnemers de compensatie moeten kunnen overlaten aan ‘een regionale instantie die er verstand van heeft’. Nu zijn de plannenmakers daar zelf voor verantwoordelijk en dat werkt niet. ‘Je vraagt een stenenbouwer om een paddenpoel te graven of bomen te herplanten. Bereken gewoon de waarde van de natuurschade en laat de initiatiefnemer zijn natuurschuld inlossen bij een aangewezen instantie. Die kan dan zorgen voor compensatie en dat kan ook op een andere plek zijn, dan op de bouwplek.’
Niet langer betalen voor informatie
Tegelijkertijd zou de verplichte betaling voor het opvragen van gegevens bij de Gegevensautoriteit Natuur moeten worden afgeschaft, vindt de autoriteit zelf. Hij doet daartoe een oproep aan de overheid. ‘We hebben nu een omvangrijke verzameling gegevens bijeengebracht en beschikbaar gesteld, maar de verplichting om er een kostendekkend tarief voor te vragen, werpt een drempel op.’
Reacties: 9
U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.
Dus laat staan dat de gemeente serieus werk maakt van een melding, anders dan het in de kiem smoren van een (mogelijk) risico voor de gemeente.
De schade aan de natuur wordt schromelijk overdreven, het merendeel van de beschermde of bedreigde diersoorten is volgens de IUCN lijsten Least concern oftewel geen reden om je druk over te maken.
Behalve in Nederland.