Advertentie

Precariobelasting gaat er vijf jaar eerder af

De overgangstermijn voor de afschaffing van de precariobelasting voor nutsnetwerken wordt beperkt. Gemeenten mogen tot uiterlijk tot 1 januari 2022 nog precariobelasting op nutsnetwerken heffen, vijf jaar korter dan het kabinetsvoorstel.

22 februari 2017

De overgangstermijn voor de afschaffing van de precariobelasting voor nutsnetwerken wordt beperkt. Gemeenten mogen tot uiterlijk tot 1 januari 2022 nog precariobelasting op nutsnetwerken heffen, vijf jaar korter dan het kabinetsvoorstel.

De Tweede Kamer nam dinsdag tijdens de stemmingen het amendement Veldman (VVD) en Fokke (PvdA) aan, waarmee de overgangstermijn al in 2022 eindigt in plaats van 2027. Het kabinet had bij het indienen van zijn wetsvoorstel gekozen voor een overgangstermijn tot 1 januari 2027. Dat moest  gemeenten de tijd geven effecten te kunnen opgevangen van inkomstenderving vanwege het afschaffen van precariobelasting op kabels en leidingen.

Oplopen tarieven

Op initiatief van de Tweede Kamer is de overgangstermijn nu dus gehalveerd. Het overgangsrecht geldt alleen als een gemeente een verordening met tarief had voor precariobelasting op kabels en leidingen op 10 februari 2016, de datum waarop minister Plasterk van Binnenlandse Zaken het wetsvoorstel voor afschaffing van de precariobelasting had aangekondigd. Onder de overgangsregeling kan een gemeente maximaal heffen naar het tarief zoals dat gold op 10 februari 2016. Op die manier wordt voorkomen dat de tarieven verder oplopen en het aantal gemeenten dat precario heft verder stijgt.

Nutsbedrijven

Het kabinet schaft de precariobelasting op nutsbedrijven af omdat burgers nu soms meebetalen aan de heffing van een precariobelasting door een gemeente waar zij zelf niet wonen en dus ook zelf niet hebben gestemd op de gemeenteraad. Dat komt omdat nutsbedrijven nu in sommige gemeenten precariobelasting moeten betalen over het netwerk dat zij op de gemeentegrond exploiteren. Nutsbedrijven berekenen dat door aan al hun klanten, die echter vaak in een andere gemeente wonen dan de gemeente die de belasting heft Het Groningse onderzoeksinstituut COELO presenteerde onlangs een interactieve kaart waarop te zien is aan welke gemeente(n) inwoners meebetalen of welke inwoners betalen voor de voorzieningen in hun gemeente. Inwoners van bijvoorbeeld Capelle aan den IJssel betalen aan onder meer Rotterdam, Dongeradeel en Veenendaal terwijl de gemeente zelf geen precariobelasting heft.

Verdwijnen voorzieningen

De inkorting van de afbouwperiode van tien jaar is een tegenvaller voor onder andere de Friese gemeenten Opsterland, Westellingwerf en Ooststellingwerf. Vorige week verzochten zijn nog op handhaving van de overgangstermijn van tien jaar, omdat ‘aanpassing van het voorstel in negatieve zin’ voor heffende gemeenten zal leiden tot het verdwijnen van voorzieningen of tot lastenverzwaring.

Reacties: 5

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Mart Wijnen
En dus is er in Nederland weer een rechtsongelijkheid ontstaan. Inwoners van andere gemeenten mee laten betalen voor de precario in andere gemeenten. Het zou niet moeten kunnen. Slecht landelijk beleid. Dingen die men centraal MOET regelen laat men liggen.
Henk Donkers / medewerker
Degene die denken dat de tarieven van de netwerkbedrijven over 5 jaar evenredig dalen met de landelijke totaalopbrengst van de precariobelasting zal echt bedrogen uitkomen. De grote winnaars zijn hier de netwerkbedrijven die minder belasting gaan betalen en dus meer winst maken. En die winst gaat naar............gemeenten, want dat zijn de aandeelhouders.

De burgers schieten hier echt niets mee op.

K. de Beer / Adviseur
Dit is weer typisch een geval waarin de lobby van een bepaalde club onze volksvertegenwoordigers een rad voor de ogen heeft gedraaid. Weg met de lobby! De werkelijkheid is anders. Gemeenten moeten nu eenmaal voor een deel belasting heffen want de rijksbijdrage is onvoldoende om alle kosten te betalen. Precario is het heffen van geld op zaken in, op of boven gemeentegrond, niet conform bestemming. De gemeente heeft daar ook zijn kosten aan (ieder burger weet dat wanneer een kabelbedrijf weer een sleuf in de stoep heeft gegraven en de boel slordig heeft achtegelaten). Gemeenten mogen daar straks geen kosten meer heffen bij de daders en halen het - juist - bij de burgers vandaan door hogere OZB bijvoorbeeld. Het is een foute ontwikkeling wat nu plaatsvindt want juist de nutsbedrijven zijn geen overheid meer maar geprivatiseerd en zouden de kosten doorberekend moeten krijgen. Een cafehouder gaat toch ook zijn precario voor het terras in zijn drankjesprijzen doorberekenen, ook als zijn bezoeker uit een andere gemeente komt. Daarom is mijn advies, terugdraaien die maatregel en het omdraaien. Namelijk door alle gemeenten voortaan te verplichten precario te heffen onder meer op de voormalige nutsbedrijven.
H. Wiersma / gepens.
@K. de Beer. Gemeenten kunnen hun inkomsten uit precarioheffingen gemakkelijk overhevelen naar andere heffingen en belastingen. Gemeenten behoeven ook helemaal niet te kort te komen. Ze weten allemaal voorafgaande aan het nieuwe begrotingsjaar wat hun te ramen inkomsten zijn. Het is gewoon een kwestie van goed financieel beheer en beleid. M.a.w. niet meer uitgeven dan je hebt.



De burgers worden van deze regeling niet veel beter. Hooguit wordt bespaard op bureaucratie en er is een limiet voor bijv. OZB-heffingen en niet voor precarioheffingen.

Overigens behoort deze wetgeving ook te gelden voor kabels en leidingen in rijks-, provinciale - en waterschaps gronden. Zouden ze op BiZa daaraan wel hebben gedacht?
H. Wiersma / gepens.
Een overgangsperiode van 5 jaar is eigenlijk veel te lang. Overheden hanteren voor instellingen en burgers veelal overgangsperioden van maximaal 3 jaar. Maar ja, we hebben het hier over de zogenaamde 'betrouwbare' Overheid.
Advertentie