Nederlandse ambtenaar best kras
Een en ander blijkt uit de vandaag gepresenteerde Staat van de Ambtelijke Dienst (STAD) van de Bijzondere Leerstoelen van het CAOP. De bij Binnenlandse Zaken werkzame Herma Kuperus maakt in die publicatie een vergelijking van de Nederlandse rijksambtenaar met zijn collega’s in de Europese Unie.
Is de Nederlandse rijksambtenaar oud? Een kleine 12 procent is zestig jaar of ouder en 46 procent is vijftig+. Maar zoals met veel dingen, blijkt alles relatief.
Het aandeel vijftigplussers bij de centrale overheid ligt nog veel hoger in de noordelijke en westelijke lidstaten van de Europese Unie. In Spanje en Italië is hun aandeel meer dan 50 procent. Het aandeel ouderen blijkt ook hoog (tussen 40 en 50 procent) in Duitsland, Finland, Verenigd Koninkrijk, Portugal, Ierland en Litouwen. Afgezet tegen die landen, valt het Nederland nog wel mee. Wij zitten met onze 46 procent in de categorie Zweden, Denemarken en Oostenrijk en Nederland. De enige uitzondering is Estland, waar bij de overheid meer jongeren en minder vijftigplussers werken dan in het algemeen.
Topmanagers
Een en ander blijkt uit de vandaag gepresenteerde Staat van de Ambtelijke Dienst (STAD) van de Bijzondere Leerstoelen van het CAOP. De bij Binnenlandse Zaken werkzame Herma Kuperus maakt in die publicatie een vergelijking van de Nederlandse rijksambtenaar met zijn collega’s in de Europese Unie. Eind 2014 was de gemiddelde leeftijd van de Nederlandse rijksambtenaar 47 jaar. Die gemiddelde leeftijd neemt de laatste jaren toe, doordat er minder jongeren bij het rijk werken en het aantal ouderen snel toeneemt. De ‘oudjes’ zijn vooral te vinden onder de categorie topmanagers: van de 564 is bijna 65 procent vijftig jaar of ouder.
Langer doorwerken
Hoewel de meeste ambtenaren door de hogere pensioenleeftijd langer moeten doorwerken, blijken slechts weinig managers bij het rijk aandacht te hebben voor hun duurzame inzetbaarheid. De meeste werkgevers in de overheidssectoren zetten vooral HR-beleid in dat is gericht op het ontzien van oudere werknemers, dat wil zeggen door de werkbelasting voor oudere werknemers te verlichten, door het aantal uren dat zij werken te verminderen en/of lichtere taken te geven. HR-maatregelen als het trainen en scholen van oudere werknemers of hen inzetten voor mentorfuncties, komen veel minder voor. Onderzoek laat echter zien dat de inzet van extra opleiding voor oudere werknemers juist als enige instrument motiverend werkt. Overheidswerkgevers lijken dus niet de juiste dingen te doen’, aldus de wetenschappers Tinka van Vuuren en Raymond Montizaan in STAD.
En al vind ik de mate van bijdrage aan de maatschappij een slecht argument voor wanneer je met pensioen mag, is het bovendien zo dat je tegenwoordig vanaf je 21e pensioenpremie betaalt. Voor de zestigers was dit pas vanaf hun 25e dus die hebben 'al die jaren' dat ze eerder zijn gaan werken, minder moeten afdragen.