Helft minder externe inhuur
Nog maar 11% van de gemeentelijke loonsom gaat op aan externen. Ook de eigen loonsom wordt minder: in 2014 zijn er 13.000 gemeenteambtenaren minder.
Gemeenten geven fors minder uit aan de inhuur van externen. Nog maar 11 procent van de loonsom gaat er aan op. Ook in het eigen personeelsbestand gaat het mes: eind 2014 zijn er 13.000 gemeenteambtenaren minder.
Daling
De daling van de uitgaven aan externe inhuur blijkt uit de vandaag gepresenteerde Personeelsmonitor 2011 van het A+O fonds Gemeenten. Sinds de nulmeting in 2009 zijn de uitgaven aan externe inhuur als percentage van de loonsom gedaald van 20 tot 11 procent. In de G4 (Amsterdam, Rotterdam, Utrecht en Den Haag) is het percentage in drie jaar zelfs gehalveerd. Alleen bij de gemeenten met 100.000 of meer inwoners (exclusief de G4) blijft de inhuur stabiel op 16 procent van de loonsom.
Klappen
De uitkomsten sporen met een eigen inventarisatie van Binnenlands Bestuur van de jaarcijfers van de grootste externenbureaus, vorige week. Daar kwam een gemiddelde omzetdaling van 30 procent naar voren bij leveranciers van externe krachten aan de publieke en semi-publieke sector. Nog groter waren de klappen voor de detacheerders die externen aan gemeenten leveren. Een krimp van bijna 40 procent was in die markt niet uitzonderlijk.
Ontwikkeling externe inhuur in procenten van de totale loonsom
Alle gemeenten | 11 % | 15 % | 19 % |
G4 | 9 | 14 | 19 |
100.000+ | 16 | 16 | 20 |
50-100.000 | 10 | 14 | 21 |
20-50.000 | 10 | 13 | 15 |
10-20.000 | 11 | 15 | 13 |
<10.000 | 11 | 19 | 15 |
Meer ICT en juridisch
Opvallend is volgens het A+O fonds-onderzoek dat de beleidsgevoelige inhuur – voor interim management, organisatie- en formatieadvies en communicatie- en beleidsadvies – een kleiner deel van de uitgaven aan externe inhuur is gaan uitmaken. De beleidsondersteunende inhuur bestaat grotendeels uit de inhuur van ict. Dat ict-aandeel is verder toegenomen vorig jaar. Ook zijn gemeenten een groter beroep gaan doen op juridisch advies. ‘Dat hangt waarschijnlijk samen met bezuinigingen bij de gemeente en het aanpassen van de bezetting.’
Eigen bezetting
Gemeenten bezuinigen niet alleen op externe inhuur, ze doen dat ook op de eigen bezetting. In bijna 60 procent van de gemeenten hebben bezuinigingen geleid tot een personele reductie. Het ging in die gemeenten gemiddeld om een bezuiniging van 3,9 procent op de omvang van het personeelsbestand.
De meest gebruikte manier waarop de bezetting is teruggebracht, is door het selectief vervullen van vacatures. Maar ook het niet verlengen van tijdelijke contracten is een belangrijke methode geweest om de bezetting terug te brengen.
Verdere afname
De bezuinigingen zijn volgens het onderzoek van het A+O fonds Gemeenten nog niet voorbij: voor dit jaar wordt opnieuw een afname van de bezetting verwacht van 4 procent. En voor de komende drie jaar verwacht bijna 80 procent van de gemeenten een verdere afname van de formatie met gemiddeld 7,5 procent. In absolute aantallen betekent dat een afname met 13.000 gemeenteambtenaren. Nu zijn er nog 177.000 werkzaam. Die verwachte daling als gevolg van de bezuinigingen komt ongeveer overeen met het aantal medewerkers dat in de komende drie jaar ‘natuurlijk’ zal uitstromen. Toch zal volgens het A+O fonds Gemeenten ‘een dergelijke inkrimping van de bezetting niet meer kunnen worden gerealiseerd met het onvervuld laten van ontstane vacatures’ en zijn extra maatregelen nodig.
En wel dat 1% eenmalig structureel zou worden bij realisatie van deze doelstelling. Ik stel voor om per
1 januari 2013 deze belofte alsnog na te komen.