Amsterdam telt 300 communicatiemedewerkers
De informatievoorziening van Amsterdammers is belangrijk, maar waarom heb je daar zo veel mensen voor nodig? vraagt de SP zich af.
'Waar zijn die 58 medewerkers communicatie van de gemeente Amsterdam mee bezig?' Die vraag stelde SP-fractievoorzitter Daniel Peters vorige maand. Het aantal van 58 vond hij nogal ‘fors’. Maar Amsterdam heeft nog veel forser nieuws voor Peters, want de gemeente telt maar liefst zo’n 300 communicatiemedewerkers, of tenminste zo’n 260 voltijdsbanen ‘communicatie’.
260 fte
Die 58 waarover de SP-fractievoorzitter repte zijn alleen nog maar de perswoordvoerders. Dat blijkt uit de antwoorden op de vragen van de SP. De gemeente schrijft op een totaal van ruim 14.000 ambtenaren (tweede kwartaal 2014) circa 260 fte aan ‘communicatieadviseurs, webredacteuren, medewerkers, webcaremedewerkers, voorlichters etc.' in dienst te hebben. ‘Het aantal van 58 woordvoerders uit de vraag betreft communicatiemensen die aanspreekbaar zijn voor de pers. Woordvoering is een onderdeel van een breder takenpakket.’
Steeds belangrijker
De SP vroeg ook of het college van plan is te bezuinigen op zijn eigen voorlichtings- en communicatiekosten. Dat blijkt niet direct het geval. Er wordt weliswaar een reorganisatie doorgevoerd, maar ‘anderzijds laat deze tijd ook zien dat actieve, vroegtijdige en gebiedsgerichte communicatie met de stad en haar inwoners steeds belangrijker wordt, en dat de inwoners dit ook verwachten van de gemeentelijke organisatie’. In 2010 is voor het laatst bezuinigd op de groep communicatiemedewerkers.
Geschrokken
SP-fractievoorzitter Daniel Peters laat tegen het Parool weten geschrokken te zijn van het antwoord. ‘De informatievoorziening van Amsterdammers is belangrijk, maar waarom heb je daar zo veel mensen voor nodig?’ Het steekt Peters dat er bij bestuursvoorlichting nog mensen zijn aangenomen, terwijl de rest van de organisatie een vacaturestop heeft vanwege de reorganisatie. Het ergste vindt hij dat het stadsbestuur vijftien communicatiemedewerkers heeft en daar niet op wil bezuinigen. ‘Daar staan maar zo'n vijf journalisten tegenover die zich dagelijks met de Stopera bezighouden. Buiten proportie. We hebben acht zelfverzekerde wethouders die zelf ook in staat zijn om pers te woord te staan. En als een wethouder geen tijd heeft, dan zou zijn politiek assistent dat ook nog kunnen doen.’
Bron: Communicatie Online, Jasper Mulder
Overigens was mijn opmerking een mening, geen advies.