Ambtenaar: 0,1 procent voor volle drie jaar ww

Gemeenteambtenaren houden na ontslag recht op drie jaar ww. Het derde ww-jaar wordt bekostigd door het betalen van een pseudo-premie van 0,1 procent door alle werknemers.

Met het inhouden van 0,1 procent op het maandloon van elke ambtenaar krijgt de gemeentelijk werkgever voldoende in kas om ontslagen medewerkers ook in het derde ww-jaar een ww-uitkering te verstrekken. Tot dat akkoord zijn vakbonden en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) gekomen in gisternacht gesloten principeakkoord voor een kortdurende cao tot 1 mei 2017.

Kostendekkende inleg

Vanaf 1 januari dit jaar wordt door een wetswijziging de maximale duur van de ww-uitkering via een overgangsregeling teruggebracht van 38 naar 24 maanden. De cao-partijen hebben afgesproken de aanpassingen van de duur en de opbouw van de ww in de cao gemeenten te repareren. Zo worden vanaf 1 januari 2016 de hoogte en de duur van de ww-uitkering na-wettelijk aangevuld tot de (wettelijke) hoogte, opbouw en duur van de ww-uitkering zoals die was op 31 december 2015. Het recht op een aanvullende uitkering blijft dan in dat derde ww-jaar ook bestaan. Werknemers betalen voor deze reparatie van de wettelijke ww en behoud van de aanvullende uitkering een kostendekkende premie van voorlopig 0,1 procent van het salaris. Dat is berekend op basis van de geschatte gemiddelde kosten. In 2017 wordt bekeken of de inleg voor gemeenten kostendekkend is.

Apart potje

Gesproken wordt van een pseudo-premie, omdat de inleg van werknemers niet naar een fonds gaat maar in de kas van de gemeente terecht komt. ‘Als gemeenten verstandig zijn, stoppen ze het in een apart potje’, aldus cao-onderhandelaar Bert de Haas van FNV Overheid. ‘Het aardige van de opzet is dat er ook een interessante stimulans van uit gaat voor gemeenten om zoveel mogelijk mensen naar ander werk te begeleiden. Blijft een gemeente onder het gemiddelde qua ontslagen, dan houden ze namelijk geld over aan de regeling.’