Advertentie
carrière / Achtergrond

‘Duidelijkheid is sociaal’

‘Sinds 2008 115 reorganisaties.’ Wethouder Eric van der Burg citeert de beeldende zin uit het rekenkamerrapport Reorganiseren in Amsterdam.

06 december 2013
eric-van-der-Burg-voor-site.jpg

Zowel de rekenkamer als de Centrale Ondernemingraad van Amsterdam uiten forse kritiek op de gemeentelijke reorganisatie. De een vindt de plannen te vaag, de ander mist vooral de regie en spreekt van reorganisatiedrift. BB wijdt er een tweeluik aan. ‘We worden strenger’, reageert verantwoordelijk wethouder Eric van der Burg. Bij de afdeling Burgerzaken (volgende verhaal) worden de resultaten al zichtbaar.

‘Sinds 2008 115 reorganisaties.’ Wethouder Eric van der Burg citeert de beeldende zin uit het rekenkamerrapport Reorganiseren in Amsterdam. Uit het hoofd en breed lachend. Nee, voor somberheid is volgens de VVD-bestuurder geen enkele aanleiding. Want die hoge aantallen vormen volgens hem bij elkaar juist geen beter en kernachtiger antwoord op de vraag waarom de gemeentelijke reorganisatie waarmee hij nu bezig is, zo nodig is. ‘Het toont meteen het gelijk van deze operatie aan: zo ingewikkeld hebben ze de gemeente dus gemaakt’, zeg hij.

Met ‘ze’ doelt Van der Burg, zonder beschuldigend te willen zijn, op de vele bestuurders die hem voorgingen. Die tuigden in de stad een constructie op van liefst 33 organisaties –  26 diensten, 7 stadsdelen – met 47 directeuren en 15.000 ambtenaren. Met ‘ze’ doelt hij echter niet alleen op de lokale bestuurders. Die uit Den Haag droegen zeker ook de nodige steentjes bij aan het steeds complexer wordende construct aan de Amstel. Tot aan de dag van vandaag toe. ‘Het is bijvoorbeeld een gevolg van wet dat we van 7 naar 0 moeten met de stadsdelen. Dat betekent dus opnieuw reorganiseren. Hadden ze dat eerder gezegd, dan hadden we in 2010 niet eerst van 14 naar 7 stadsdelen gegaan’, legt Van der Burg uit. ‘En wat te denken van de aanpassingen in de organisatie die nodig zijn in verband met de drie decentralisaties?’

De huidige reorganisatie is dus met name bedoeld om het geheel weer overzichtelijker te maken. Als straks in 2016 alles achter de rug is, zijn er geen 47 directeuren meer, maar nog slechts 5. En er zijn nog maar vier clusters. Ambtenaren komen in dienst van de hele gemeente Amsterdam en niet meer van een afzonderlijk onderdeel. Daarmee kunnen ze flexibel worden ingezet.

Rode cijfers
Maar de reorganisatie is niet alleen bedoeld om het immense ambtelijke apparaat overzichtelijk in te richten, klaar te maken voor de decentralisatieopgave en de nieuwe bestuurlijke inrichting. Er wordt ook fors geld mee bespaard. Dat is nodig, omdat Amsterdam in de rode cijfers dreigde te belanden. Liefst 450 miljoen euro moet de stad ombuigen. Het grootste deel van de oplossing vindt het stadsbestuur in minder ambtenaren en minder gebouwen. En in reorganiseren. ‘Want je kunt niet met 3.000 fte minder gaan werken zonder te reorganiseren’, zegt de wethouder.

Met name de Centrale Ondernemingraad (COR) vindt het tempo van de reorganisatie te hoog. ‘Het gaat inderdaad heel erg snel’, zegt Eric van der Burg. ‘Dat komt omdat we de bezuinigingen snel moeten realiseren. Ik had er ook liever langer over gedaan, zodat je het proces meer organisch kunt laten verlopen. Maar je hebt soms letterlijk de tijd niet. Je kunt het vergelijken met een dijkdoorbraak. Dan moet je snel handelend optreden. Wij riskeerden een enorm gat in de begroting, omdat Amsterdam net als andere gemeenten te maken heeft met dalende inkomsten, vooral uit grondexploitatie. Tja, met teruglopende inkomsten moet je snel terug in de uitgaven. Door minder geld wordt de politiek strenger.’

Voordeel van het hoge tempo is volgens hem wel dat je als werkgever snel duidelijkheid kan geven aan je medewerkers. Door te zeggen dat er geen plek is voor jou in de organisaties. En dat er afscheid moet worden genomen. ‘Duidelijk beleid is erg sociaal werkgeverschap’, vindt hij. ‘We moeten ondanks die reorganisatie de beste werk­gever willen zijn. Niets is vervelender dan twee jaar in onzekerheid te zitten of je al dan niet kan blijven. Daar wordt een mens onrustig van. Het is beter als je meteen weet waar je aan toe bent, dan kun je er naar handelen.’

Niet goed gestuurd
Toch blijkt daar niet in alle gevallen goed op gestuurd, zo constateerde de rekenkamer. Sinds 2010 hebben ongeveer 500 ambtenaren bij reorganisaties hun baan verloren. Die ambtenaren hebben allemaal recht op loondoorbetaling tijdens een bemiddelingsperiode van twee jaar en kunnen vervolgens aanspraak maken op ww en aanvullende regelingen. De kosten voor de gemeente hadden voor Amsterdam 6 miljoen euro lager kunnen zijn als er volgens de rekenkamer strakker was gestuurd op de maximale bemiddelingsperiode. ‘Die blijkt regelmatig te worden overschreden’, stelt de rekenkamer. Uit het rekenkameronderzoek blijkt dat de maximale bemiddelingstermijn bij 34 procent van de in 2010 boventallig geworden ambtenaren is overschreden. En het gaat volgens de rekenkamer niet om kleine overschrijdingen. ‘Ambtenaren zijn soms tot wel vijf jaar in bemiddeling tegen volledige doorbetaling van het salaris’, aldus de rekenkamer.

Van der Burg weerspreekt de bevindingen niet. Integendeel, hij steekt de hand in eigen boezem. ‘De politiek heeft er niet goed op gestuurd. Dat is natuurlijk zonde van het geld, maar ik vind het vooral geen goed werkgeverschap.’ Ook leidinggevenden lieten steken vallen, al zegt Van der Burg ze wel te begrijpen. Zij willen in veel gevallen boventallige medewerkers langer vasthouden, met het argument, dat als de crisis straks voorbij is en de bouwmarkt aantrekt, ze die mensen hard nodig hebben. ‘Dat is ongetwijfeld ook zo. En daar komt nog bij, dat ook wij te maken krijgen met veel mensen die met pensioen gaan. En ja, dan heb je straks, over vijf jaar misschien, inderdaad een tekort aan goed personeel. Maar anders dan met spullen die je even niet nodig hebt, kun je mensen niet vijf jaar lang op zolder zetten’, zegt de portefeuillehouder personeel en organisatie.

Hij is ervan overtuigd dat Amsterdam over vijf jaar nog steeds kundige mensen kan vinden. Andere wellicht, jonger en meer van vrouwelijke kunne. Van der Burg: ‘Het gaat er niet zozeer om of je hem of haar wil behouden. Het gaat om de functie. Ik heb niet de vrees dat de gemeente Amsterdam straks in een krappere arbeidsmarkt de goede mensen niet kan krijgen. Wij zijn geen Delfzijl, we zitten niet in een krimpregio. Dat is een zegen voor ons.’

Risicoanalyse
Intussen heeft Amsterdam haar boventalligen-beleid aangescherpt. ‘Wij gaan er strenger voor zijn’, aldus Van der Burg. Zo is er op advies van de rekenkamer een sanctiebeleid gekomen om ambtenaren die gebruik maken van de na-wettelijke uitkering aan te sporen te solliciteren naar nieuwe functies. Bij tijdelijke vacatures komen eerst boventalligen aan bod, conform de aanbeveling van de rekenkamer. Eerst dient onderzocht te worden of er een geschikte boventallige ambtenaar beschikbaar is voor de (tijdelijke) vacature. ‘En ja, als ze dan niet op alle punten 100 procent scoren, maar 99 procent, dan moet het toch maar’, zegt hij. Pas bij gebleken ongeschiktheid van boventallige ambtenaren, mogen die vacatures intern, dan wel extern worden opengesteld. De aanscherping heeft volgens de gemeente inmiddels geleid tot een ‘aanzienlijke verhoging van het aantal plaatsingen’.

In januari start de gemeente Amsterdam met het maken van een risicoanalyse omtrent de reorganisatie. Doel ervan is in kaart te brengen welke gevaren de megaoperatie met zich meebrengt. De analyse houdt rekening met een aantal worstcase scenario’s. Vragen zijn onder andere: wat zijn de gevolgen als de arbeidsmarkt aantrekt? Wat gebeurt er als die nog verder instort? Wat als er een cao-verhoging van 5 procent komt? Wat voor gat in de begroting krijg je dan?

Te rooskleurig
Van der Burg zegt de meeste aanbevelingen van de rekenkamer te hebben overgenomen, zo de maatregelen al niet reeds in uitvoering waren. Zo is medio 2013 begonnen met het inventariseren van lopende reorganisaties. Waar mogelijk wordt er meer geëvalueerd. Helemaal overtuigd is de rekenkamer nog niet. Op sommige onderdelen zou het college een te rooskleurig beeld geven van de verbeteringen, terwijl er ‘geen enkele indicatie’ is van de termijn waarop deze verbeteringen moeten zijn gerealiseerd.

Toch verwacht Van der Burg een niet al te spannende commissiebespreking van het rekenkamerrapport op 11 december. ‘De vaak toch kritische SP heeft het college laatst al gecomplimenteerd met de reorganisatie en zegt deze voor 80 procent te snappen. Aan die 20 procent moet ik werken, zo was de opdracht. Dat doe ik, maar wel met in het achterhoofd dat je het nooit voor alle 13.605 fte volledig naar de zin kan maken.’


Rekenkamer maakt gehakt van reorganisatiedrift
Vrij vertaald reorganiseert de gemeente Amsterdam als een kip zonder kop. Het gebeurt vaak en fors, maar er is weinig regie in te ontdekken. ‘Niet passend’ voor een organisatie met zo’n omvang, concludeert de rekenkamer Amsterdam.

De rekenkamer trekt die conclusie in het rapport Reorganiseren in Amsterdam. Doelmatigheid van de gemeentelijke organisatieontwikkeling. Amsterdam, zo stelt de hoofdstedelijke rekenkamer, meet en weet weinig over reorganisaties. Er wordt wel veel gereorganiseerd: 115 keer sinds 2008. Vrijwel elke gemeentelijke dienst is de afgelopen vijf jaar wel een of meerdere keren aan de beurt geweest. De gemeente zelf heeft volgens de rekenkamer ‘nauwelijks zicht op het aantal reorganisaties dat binnen de ambtelijke organisatie speelt’.

Er is volgens de rekenkamer ook onvoldoende regie. De gemeente weet zelf niet of reorganisaties passen binnen andere ontwikkelingen binnen de gemeente. ‘Er wordt geen centrale regie gevoerd waarmee bewaakt wordt dat reorganisaties niet met elkaar overlappen, strijdig zin met gemeentebrede ontwikkelingen of de veranderkracht en bestuurbaarheid van de gemeentelijke organisatie te zwaar belasten’, aldus de rekenkamer.

Daarnaast worden afgeronde reorganisaties zelden geëvalueerd, waardoor opgedane kennis en ervaring niet genoeg worden veiliggesteld voor de ambtelijke organisatie. Van de 75 afgeronde reorganisaties blijken er maar 9 geëvalueerd. En als dat al gebeurt, is dat vaak ook nog informeel zonder dat er iets van wordt vastgelegd. ‘Een dergelijke werkwijze is voor een organisatie met de omvang van de gemeente Amsterdam niet passend’, is de harde conclusie.

Plaats als eerste een reactie

U moet ingelogd zijn om een reactie te kunnen plaatsen.

Advertentie